Rechtspraak
Werknemer is met ingang van 1 juni 1991 in dienst getreden van Aero Groundservices. Werknemer was (gedeeltelijk) arbeidsongeschikt in de periode van 9 juli 2007 tot 11 oktober 2007. In deze periode heeft de arboarts meermalen afspraken gemaakt met de werknemer, maar deze is werknemer niet nagekomen. Tevens heeft de werknemer onjuiste informatie verstrekt over zijn fysieke en psychische klachten. Dit alles is aanleiding geweest voor Aero Groundservices de arbeidsovereenkomst wegens een dringende reden op te zeggen. Werknemer heeft de nietigheid van deze opzegging ingeroepen en vordert thans loon.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Aero Groundservices heeft telkens de bedrijfsarts ingeschakeld en is dus niet zonder onderzoek overgegaan tot het ontslag op staande voet. Aero Groundservices mocht vertrouwen op wat de bedrijfsarts haar mededeelde. Nu het voor de bedrijfsarts pas na onderzoek duidelijk werd dat werknemer verkeerde informatie heeft verstrekt, is niet aannemelijk dat het voor Aero Groundservices mogelijk zou zijn geweest daar zelf eerder achter te komen. Voorts is gesteld noch gebleken dat de bedrijfsarts in de gezondheidstoestand van werknemer aanleiding heeft gevonden te concluderen dat werknemer geen verwijt treft voor de verkeerde informatie. Voorts heeft werknemer op geen enkele manier aannemelijk gemaakt dat hij zijn vermoeden op basis van het door hem afgeluisterde gesprek met de bedrijfsarts en/of zijn huisarts heeft besproken. Als hij dat wel had gedaan, dan zou het misverstand snel uit de wereld zijn geweest. Op grond van het vorenstaande komt de kantonrechter tot de conclusie dat de vordering moet worden afgewezen.