Rechtspraak
Werkneemster (63 jaar) is ruim 26 jaar in dienst bij (de rechtvoorganger van) Hokatex in de functie van vertegenwoordiger Dames Hygiëne. Haar prestaties zijn altijd goed tot zeer goed beoordeeld. Als zij in 1998 uitvalt wegens spanningsklachten en hartklachten, ontstaat er discussie over de re-integratie van werknemer en de rechtgeldigheid van eenzijdige wijziging van arbeidsvoorwaarden (waaronder beëindiging gebruik van leaseauto). Werkneemster vraagt een verklaring voor recht dat Hokatex door zich niet en/of onvoldoende in te spannen om voor werkneemster een, gelet op haar gezondheidsproblemen, passende functie te vinden, heeft gehandeld in strijd met de norm van goed werkgeverschap of toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van de contractuele verplichtingen. Verder vordert zij vergoeding van schade, op te maken bij staat.
Het geschil tussen partijen spitst zich in de eerste plaats toe op de vraag of de voorstellen van Hokatex tot het verkopen van schoonloopmatten, redelijke voorstellen tot re-integratie zijn. Deze functie is volgens werkneemster fysiek te belastend voor haar. Het hof overweegt als volgt. Hokatex heeft er als overnemende werkgever onvoldoende blijk van gegeven zich te realiseren dat afspraken omtrent een rayon en het productassortiment niet zonder meer eenzijdig kunnen worden gewijzigd. Van werkneemster mag wel worden verlangd aan redelijke voorstellen haar medewerking te verlenen. Echter, het besluit van Hokatex om werkneemster op het moment dat zij daar door de bedrijfsarts voor 50% van de werktijd arbeidsgeschikt wordt geacht - ondanks werkneemsters herhaaldelijke verzoeken - geheel buiten het (ook na de overname) met haar overeengekomen rayon Den Haag alsmede buiten het daarbij overeengekomen productassortiment te houden, is bij gebreke van een rechtvaardiging, die ontbreekt, niet als een dergelijk redelijk voorstel te beschouwen. Zeker niet op een moment waarop in haar rayon weer een vacature ontstond.
Werkneemster dient uiterlijk vier werken vóór de comparitie aan het hof, een schriftelijke gespecificeerde opgave van haar schade te doen toekomen, zoveel mogelijk met stukken ter verificatie onderbouwd. Het hof verzoekt werkneemster daarbij tevens een gemotiveerde indicatie te geven voor hetgeen volgens haar een passende vergoeding zou zijn geweest indien Hokatex op enig moment in overleg zou zijn gegaan over een regeling ter beëindiging van het dienstverband.