Rechtspraak
Azq is een uitzendbureau en loonbedrijf. AF Productions exploiteert een bloemenbedrijf dat op de bloemenveiling een box huurt ten einde de op de veiling gekochte bloemen en planten te kunnen verwerken en distribueren. Azq heeft in 2006 vanaf week 44 aan AF Productions werknemers uitgeleend, waarvoor zij AF Productions periodiek heeft gefactureerd tot een totaal bedrag van EUR 23.612,87. AF Productions heeft dit bedrag ondanks sommaties onbetaald gelaten. De Arbeidsinspectie heeft bij controle van deze werknemers bij AF Productions vastgesteld dat 3 van de 4 werknemers geen tewerkstellingsvergunning bezaten. Zowel aan Azq als aan AF Productions zijn wegens overtreding van de Wav boetes opgelegd door de Arbeidsinspectie, afdeling bestuurlijke boete. Bij beschikking van 20 augustus 2007 aan AF Productions een boete van €24.000 wegens het ontbreken van tewerkstellingsvergunningen voor drie Poolse werknemers en een boete van €6.000 wegens het nalaten om bij de aanvang van de werkzaamheden de identiteit van de vier vreemdelingen aan de hand van door Azq verkregen identiteitsdocumenten vast te stellen en geen afschriften van die documenten in haar administratie op te nemen. Azq vordert in deze procedure veroordeling van AF Productions tot betaling van de openstaande factuur. AF Productions vordert in reconventie schadevergoeding wegens betaling van de bestuurlijke boetes.
Het geschil dat partijen verdeeld houdt is de vraag of AF Productions gerechtigd is de door haar betaalde bestuurlijke boetes als schade te verhalen op Azq. De rechtbank oordeelt als volgt. Het feit dat artikel 1 Wav voor iedere werkgever een eigen verplichting inhoudt, betekent niet zonder meer dat een werkgever de ingevolge de Wav opgelegde bestuurlijke boetes niet op een andere werkgever in de zin van de Wav zou kunnen verhalen. Onder omstandigheden, zoals bijvoorbeeld een andersluidende contractuele verbintenis, kan sprake zijn van toerekenbaar tekortschieten of onrechtmatig handelen van de formele werkgever en daarmee van gehoudenheid schade te vergoeden in de vorm van de boetebedragen van de feitelijk werkgever. In de inlenersovereenkomst is vermeld dat Azq alle arbeidsrechtelijke zaken voor haar rekening en risico neemt. Het feit dat in artikel 5 de tewerkstellingsvergunning niet is genoemd in de opsomming van voorbeelden van arbeidsrechtelijke zaken, doet er niet aan af dat het uitlenen van een werknemer mét een tewerkstellingsvergunning bij uitstek een kernverplichting is, waarvoor de uitlener Azq heeft in te staan. De jurisprudentie die Azq in haar conclusie van antwoord in reconventie aanhaalt, kan haar niet baten, omdat het daar niet om een uitzendbureau gaat, dat als kerndoel heeft het uitzenden van personeel, maar om een situatie van onderaanneming in de bouw en dat is geen ter beschikking stellen van arbeidskrachten. Onder in het vonnis genoemde omstandigheden mocht AF Productions er op vertrouwen dat de door haar van Azq (een uitzendbureau) ingeleende werknemers over de vereiste tewerkstellingsvergunning beschikten. Nu dat niet het geval was heeft Azq wanprestatie gepleegd en dient zij de tengevolge daarvan geleden schade aan AF Productions te vergoeden.
Dat geldt niet voor de aan AF Productions opgelegde boete wegens handelen in strijd met artikel 15 lid 1 Wav. Deze bepaling legt een eigen verplichting op gedaagde om bij aanvang van de arbeid door de vreemdeling een afschrift van het identiteitsdocument van de vreemdeling te ontvangen.