Rechtspraak
Vast staat dat werknemer de elektriciteit heeft afgetapt of laten aftappen terwijl op zijn aanvraag om plaatsing van een elektriciteitsmeter voor de bouwplaats nog niet was beslist. Willens en wetens heeft hij er toen voor gekozen, naar eigen zeggen omdat hij klem kwam te zitten met de voortgang van de werkzaamheden, om elektriciteit af te tappen van een elektriciteit-substation van GEBE. Centraal staat de vraag of sprake is van een dringende reden voor ontslag.
Het Hof oordeelt als volgt. Het willens en wetens en zonder toestemming van GEBE aftappen van elektriciteit, heeft GEBE terecht aangemerkt als diefstal. Een werknemer die ten behoeve van werkzaamheden van zijn eigen bedrijf elektriciteit van zijn werkgever steelt, is het vertrouwen van die werkgever onwaardig. Dit geldt temeer nu het geen incident betreft maar voldoende aannemelijk is dat over meerdere dagen gebruik is gemaakt van het aansluitpunt van het substation ten behoeve van de bouwwerkzaamheden van het bedrijf van werknemer en dat werknemer kennelijk voornemens was hiervan gebruik te blijven maken totdat hij zelf over een aansluiting zou beschikken. Dat GEBE de aanvraag van werknemer voor het plaatsen van een elektriciteitsmeter mogelijk (te) traag afhandelde, vormt geen rechtvaardiging voor dit (eigenmachtig) handelen, zeker niet nu - zoals door GEBE onbetwist is gesteld - een eenvoudig alternatief in de vorm van het huren van een stroomaggregaat voorhanden was. Ook al staat vast dat werknemer reeds veertien jaren in dienst was van GEBE met een onberispelijke staat van dienst en ook al was de tegenwaarde van de afgetapte elektriciteit op het moment van ontdekking (nog) relatief gering, de aard en de ernst van het handelen van werknemer rechtvaardigden een ontslag op staande voet. Bij dat oordeel speelt mede een rol dat onbetwist is gesteld dat diefstal van elektriciteit een groot probleem is en dat GEBE daartegen al jarenlang vecht. Onder die omstandigheden kan van GEBE niet worden verwacht dat zij diefstal van elektriciteit door een werknemer ten behoeve van diens eigen bedrijf door de vingers ziet.