Werknemer is in dienst van de ABN als Executive Director COO Global Sector Energy & Resources. Hij vordert thans van de OR afgifte van alle notulen, agenda's en lijsten van gekozen OR-leden alsmede de verkiezingsuitslagen. Werknemer stelt dat de OR besluiten heeft genomen die zijn arbeidspositie in ernstige mate raken. Mede op grond van een door de OR afgegeven positief advies en het in vervolg daarop genomen besluit van de ABN, is werknemer aangezegd dat zijn functie is komen te vervallen en dat hij is overgeplaatst naar het Redeployment Center. Werknemer wil inzicht krijgen in de wijze waarop dat advies tot stand is gekomen, maar dit wordt hem geweigerd. De OR stelt zich op het standpunt dat de WOR niet verplicht tot bekendmaking van notulen of verslagen. Voorts wijst de OR erop dat zij middels haar website voldoende inzage heeft gegeven in de standpunten die de OR ten aanzien van de adviesaanvraag heeft ingenomen. Wel is de OR gehouden agenda's openbaar te maken, zodat zij die alsnog vanaf maart 2008 aan werknemer doet toekomen. Hierdoor ontbreekt ieder belang bij de vordering van werknemer, aldus de OR.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Vooropgesteld wordt dat het standpunt van de OR, dat hij niet verplicht is notulen of verslagen van de vergaderingen op te maken en aan de in de onderneming werkzame personen bekend te maken, door de kantonrechter niet wordt gevolgd. Elke ondernemingsraad dient op grond van het bepaalde in de WOR (artikel 8 WOR) een reglement op te stellen. Dit reglement moet voorschriften bevatten over het opstellen van de verslagen van de vergaderingen van de ondernemingsraad en over de bekendmaking daarvan aan alle in de onderneming werkzame personen (artikel 14 WOR). De OR heeft een reglement opgesteld. Het staat de OR vervolgens niet vrij om naar eigen goeddunken van dat reglement af te wijken. De eisen van een goede en transparante medezeggenschap verzetten zich daartegen. Op grond van artikel 11 WOR en artikel 13 lid 2 van het Reglement is de OR gehouden at de namen en functies van de in de OR gekozen leden volledig bekend worden gemaakt. Deze verplichting geldt ook voor niet-gekozen, maar toegevoegde leden aan de OR (leden die niet expliciet zijn benoemd, maar hebben plaatsgenomen in de OR om aan het getalscriterium te voldoen). Inmiddels zijn de gegevens bekendgemaakt, dus heeft werknemer geen belang meer bij de vordering tot afgifte. Artikel 11 WOR en artikel 19 van het Reglement verplichten de OR de agenda openbaar te maken. Inmiddels is hieraan voldaan, zodat opnieuw het belang van werknemer is komen te ontvallen. Met betrekking tot de notulen van de vergaderingen van de OR geldt dat ingevolge artikel 14 lid 2 sub h WOR en artikel 21 van het Reglement, de OR gehouden is notulen of in elk geval verslagen van interne OR- en van overlegvergaderingen op te maken en aan de in de onderneming werkzame personen kenbaar te maken. Vaststaat dat de OR aan deze verplichting niet heeft voldaan. Gezien het tijdsverloop kan aan deze verplichting (alsnog notulen opstellen) niet worden voldaan. De kantonrechter eist dat in de toekomst wel notulen worden gemaakt. Een en ander geldt echter niet voor de overlegvergaderingen, waarvan vaststaat dat wel notulen worden opgemaakt. Die notulen dienen door de OR, conform zijn Reglement en zijn expliciete toezegging op de site, aan de in de onderneming werkzame personen bekend te worden gemaakt. Dat mag overigens middels een verslag geschieden (zie ook Kantonrechter Haarlem, JAR 1993, 240) en omvat vanzelfsprekend niet de onderdelen waarvoor nú (nog) een geheimhoudingsverplichting ex artikel 20 WOR geldt.

Volgt gedeeltelijke toewijzing vordering.