Naar boven ↑

Rechtspraak

Werknemers zijn tot 2007 in dienst geweest van werkgever. Werkgever heeft aan werknemers geen bijdrage geleverd in hun pensioenregeling. Werknemers vorderen thans betaling van pensioenschade. Zij stellen daartoe dat zij behoren tot dezelfde groep als de werknemers aan wie een pensioentoezegging is gedaan door werkgever zodat hun eveneens pensioen toekomt op basis van het wettelijk groepsvermoeden (artikel 2.2 Pensioen- en spaarfondsenwet dan wel artikel 7 lid 4 van de Pensioenwet). Subsidiair stellen zij zich op het standpunt dat het goed werkgeverschap met zich brengt dat gelijke gevallen gelijk dienen te worden beloond. Werkgever stelt zich op het standpunt dat werknemers niet behoorden tot de groep aan wie een pensioentoezegging is gedaan. Voorts zou geen sprake zijn van gelijke gevallen, dan wel sprake zijn van objectieve rechtvaardigingsgronden.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Werknemers hebben onvoldoende gesteld dat zij behoren tot de groep aan wie een pensioentoezegging is gedaan. De vordering op grond van artikel 7 lid 4 Pensioenwet kan reeds om die reden niet worden gehonoreerd. Wat het beroep op gelijke behandeling betreft, overweegt de kantonrechter het volgende. De Pensioenwet verbiedt niet om binnen een onderneming aan sommigen een pensioenaanbod te doen. Het bepaalde in artikel 7 lid 4 Pensioenwet zou anders immers overbodig zijn. Dat laat onverlet dat een werkgever recht moet doen aan het beginsel dat gelijke arbeid gelijk wordt beloond. Dat betekent dat een werkgever niet gerechtigd is om van twee werknemers die gelijke arbeid verrichten aan de ene een pensioenaanbod te doen en aan de andere niet. Werknemers hebben echter onvoldoende gesteld om te kunnen beoordelen of zij hetzelfde werk doen als werknemers bij werkgever aan wie wel een pensioenaanbod is gedaan. Werknemers hebben alledrie verschillende functies bij gedaagde bekleed. Alledrie zijn zij echter ook account manager geweest. Zij verwijzen alledrie naar collega's in de functie van account manager aan wie wel een pensioenaanbod is gedaan. Echter zij verwijzen naar account managers, al dan niet op andere afdelingen werkzaam, die allen qua functie vergelijkbaar met hen zijn zonder dat zij echter op enigerlei wijze stellen dan wel toelichten wat de aard van hun in concreto verrichte werkzaamheden is en die van de accountmanagers waarmee zij zich willen vergelijken noch stellen zij iets over hun opleiding, ervaring en inzetbaarheid of van die van de accountmanagers waarmee zij zich vergelijken. Alleen al daarom is hun vordering op deze grondslag niet toewijsbaar. Aan de beoordeling of werkgever wellicht een objectieve rechtvaardigingsgrond had, zoals zij aanvoert, voor het onderscheid in arbeidsvoorwaarden wordt niet toegekomen.

Volgt afwijzing van de vorderingen.