Naar boven ↑

Rechtspraak

Ontslag op staande voet van bankmedewerker na 40 jaar trouwe dienst wegens overtreding complianceregels

Werknemer (59 jaar) is in 1968 in dienst getreden van (de rechtsvoorganger van) ABN AMRO. Op 6 oktober 2008 is werknemer op staande voet ontslagen wegens het wegnemen van geld en handelen in strijd met complianceregelingen. Werknemer heeft zich aanvankelijk op de nietigheid van het ontslag beroepen, maar stelt zich inmiddels op het standpunt dat sprake is van een onregelmatig en kennelijk onredelijk ontslag.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Uit de gestelde feiten en omstandigheden is voldoende komen vast te staan dat werknemer contante gelden heeft opgenomen van een betrokken cliënt en daarvan een deel voor eigen gebruik heeft achtergehouden. Dat werknemer dit deel op een later tijdstip aan cliënt zou voldoen, doet niet ter zake daar de handelwijze op zich de verdenking op werknemer heeft gewekt waardoor het vertrouwen in hem is komen te ontvallen. Voor een financiële instelling als ABN AMRO, waarbij zowel de bank, als ook de klanten, als ook de overige omgeving van de bank volledig op de integriteit van de bank en de aldaar werkzame medewerkers moet kunnen vertrouwen, is het terecht komen te vervallen van die vertrouwensbasis zo ernstig, dat de persoonlijke belangen van werknemer minder zwaar wegen. Bijgevolg is het ontslag op staande voet terecht verleend.