Werknemer is op 23 juli 2009 op non-actief gesteld door zijn werkgever (een bankinstelling) wegens het niet kunnen verklaren van zeer ongebruikelijke transacties op zijn privé-rekening bij diezelfde bank. Werknemer vordert in dit geding wedertewerkstelling. Voorts vordert hij schadevergoeding van zijn direct leidinggevende wegens overtreding van de Wet bescherming persoonsgegevens (doorgeven van informatie afkomstig van werknemers privé-rekening aan zijn werkgever).

De voorzieningenrechter oordeelt als volgt. Werknemer heeft uitvoerig en gedetailleerd verklaard waaruit de verschillende transacties bestonden. Zo zou werknemer een auto in de VS hebben besteld, veel contant geld in huis bewaren en een voorschot van een vriend terug moeten betalen. Tegenover de verklaringen van werknemer staat enkel het verweer van de bank dat zij dit niet aannemelijk acht. Dat is onvoldoende. De gevorderde wedertewerkstelling wordt derhalve toegewezen.

De gevorderde schadevergoeding wegens overtreding van de Wet bescherming persoonsgegevens wordt evenwel afgewezen. Daarvoor is nader onderzoek noodzakelijk waarvoor een voorlopige voorzieningsprocedure zich niet leent.