Naar boven ↑

Rechtspraak

Glashandel Balink/werknemer
Rechtbank Noord-Nederland (Locatie Leeuwarden), 30 november 2009
ECLI:NL:RBLEE:2009:BK4843

Glashandel Balink/werknemer

Afwijzing ontbindingsverzoek wegens onvoldoende aannemelijk maken bedrijfseconomische noodzaak werkgever. Ontbreken OR wordt werkgever aangerekend

Werknemer (49 jaar) is vanaf 1978 in dienst van Balink in de functie van glaszetter. Thans verzoekt Balink ontbinding van de arbeidsovereenkomst met werknemer, alsmede ontbinding van negen collega-werknemers. Balink stelt zich op het standpunt dat de economische crisis in 2009 tot een omzetverlies van ruim 20% heeft geleid en ontslagen onvermijdelijk zijn. Werknemer betwist dat sprake is van een bedrijfseconomische noodzaak. Daartoe wijst werknemer allereerst op de aanschaf van een dure machine en het feit dat momenteel volop werk is. Ten slotte merkt werknemer op dat Balink op grond van de WOR een ondernemingsraad had moeten instellen vanwege de 59 werkzame medewerkers. Nu dit niet het geval is, dient Balink niet-ontvankelijk te worden verklaard in haar ontbindingsverzoeken.

De kantonrechter oordeelt als volgt. De kantonrechter is van oordeel dat Balink onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van een financiële noodzaak of van een structurele werk- of omzetvermindering, op grond waarvan tien arbeidsplaatsen dienen te vervallen. Weliswaar geven de door Balink overgelegde cijfers aan dat over 2009 verlies wordt geleden, doch hieruit kan niet zonder meer worden afgeleid dat er sprake is van een financiële noodsituatie. Dit klemt temeer nu in 2008 - ook ten opzichte van 2007 - goede resultaten zijn geboekt. Een deugdelijk overzicht van de omzet, kostenposten en resultaten per maand over de laatste drie jaren is niet overgelegd. Bovendien wordt het door Balink geschetste financiële beeld vertroebeld doordat er in 2009 een dure snijmachine is aangeschaft. Voorts is er geen plan van aanpak waarin wordt aangegeven wat de huidige situatie is, wat de gevolgen van de omzetdaling zijn en op welke wijze Balink die gevolgen het hoofd wil bieden. Hierdoor is niet duidelijk hoe Balink tot de voorgestelde personeelsreductie van tien medewerkers is gekomen. Overleg met en advies van een ondernemingsraad of een personeelsvertegenwoordiging ontbreekt. Bovendien is gebleken dat er op dit moment sprake is van een plotselinge en onverwachte piek in het werkaanbod bij Balink, waardoor er op dit moment met drie ploegen wordt gewerkt en op grond waarvan er op dit moment uitzendkrachten zijn aangetrokken.

Volgt afwijzing van het verzoek.