Naar boven ↑

Rechtspraak

Schoonmaakbedrijf Meerwijk/werknemer
Rechtbank Midden-Nederland, 3 december 2009
ECLI:NL:RBUTR:2009:BK5212

Schoonmaakbedrijf Meerwijk/werknemer

Afwijzing ontbindingsverzoek op grond van mislukking re-integratie tweede spoor door werknemer. Deskundigenbericht artikel 7:658b BW

Werknemer (36 jaar) is in 1999 in dienst getreden van Schoonmaakbedrijf Meerwijk. Op 11 augustus 2008 heeft werknemer zich ziek gemeld. Na een mislukte eerder ontbindingsverzoek, verzoekt Meerwijk thans wederom ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Daartoe voert Meerwijk aan dat re-integratie van werknemer in eerste en tweede spoor niet mogelijk is. Daarbij wijst Meerwijk erop dat de re-integratie in het tweede spoor niet is gelukt door toedoen van werknemer. Voorts stelt Meerwijk dat zij door het verlies van de opdracht van Mitros - alwaar werknemer was tewerkgesteld - thans ontbinding kan en mag verzoeken op grond van artikel 7:670b BW.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Vast staat dat re-integratie binnen de onderneming van Meerwijk niet mogelijk is. Indien het standpunt van Meerwijk juist is, dat re-integratie in het tweede spoor door de opstelling van werknemer is mislukt, komt naar het oordeel van de kantonrechter aan werknemer niet langer een beroep op de reflexwerking van het opzegverbod toe. Vanwege de lange voorgeschiedenis tussen partijen, had het op de weg van werkgever gelegen hieromtrent een deskundigenbericht ex artikel 7:658b BW te overleggen.

Met betrekking tot het wegvallen van de opdracht van Mitros oordeelt de kantonrechter als volgt. Voor zover het betreffende object al als zelfstandig bedrijfsonderdeel dient te worden aangemerkt doet zich niet de situatie voor dat werknemer daar uitsluitend of in hoofdzaak (art. 7:670b lid 2 BW) werkzaam is.

Volgt afwijzing van het ontbindingsverzoek.