Rechtspraak
werknemer/werkgever
Werknemer is tot 1 oktober 2008 in dienst geweest van werkgever. De werkgever hanteert voor haar werknemers een beloningsysteem ‘Resultaat Gericht Belonen (hierna: RGB)’. Dit systeem houdt samengevat in dat een werknemer naast zijn vaste salaris een variabele beloning ontvangt indien vooraf vastgestelde doelstellingen worden behaald. In de RGB staat opgenomen dat bij een indiensttreding vóór 1 oktober wordt geen RGB uitbetaald. Ligt de datum van uitdiensttreding op of na 1 oktober, dan wordt de RGB naar rato uitgekeerd. Partijen zijn thans verdeeld over het antwoord op de vraag of werknemer over het jaar 2008 recht heeft op een variabele beloning. Werknemer stelt zich op het standpunt dat hij recht heeft op een beloning pro rato. Werkgever stelt zich op het standpunt dat geen beloning verschuldigd is.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Nu het gaat om de uitleg van een binnen werkgever geldende beloningsregeling waarover gesteld noch gebleken is dat werknemer bij de totstandkoming betrokken is geweest, dient bij de uitleg van die bepaling de in de uitspraak van de Hoge Raad van 20 februari 2004, JAR 2004/83 bedoelde CAO-norm te worden toegepast. Uit de bewoording van de regeling zelf blijkt dat de regeling er mede toe strekt het feitelijk bijdragen aan het behalen van de onderdeels-, groepsdoelstellingen en het behalen van de (eventuele) individuele doelstellingen te belonen, waarbij de regeling (zoveel mogelijk) objectief bepaalbare grenzen beoogt te stellen in het geval lopende een kalenderjaar veranderingen optreden, zoals een functieovergang, in- of uitdiensttreding of inactiviteit. Gelet op deze ratio van de regeling, de grammaticale betekenis van ‘uitdiensttreding vóór 1 oktober’, het daarop gemaakte onderscheid met ‘uitdiensttreding op of na 1 oktober’ en het systeem van de regeling moeten de woorden ‘uitdiensttreding vóór 1 oktober’ naar het oordeel van de kantonrechter gelezen worden als het eindigen van de arbeidsverhouding voordat het 1 oktober is en niet het eindigen van die verhouding voor of op 1 oktober. Nu de slotsom uit het voorgaande is dat werknemer ‘slechts’ tot en met 30 september 2008 bij werkgever in dienst is geweest, is daardoor de conclusie onontkoombaar dat hij vóór 1 oktober uit dienst is getreden als bedoeld in de RGB-regeling. Dat brengt mee dat werknemer geen aanspraak kan gelden op een pro rato uitbetaling van een RGB-beloning over 2008.
Volgt afwijzing van de vordering.