Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting X/werknemer
Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 18 januari 2010
ECLI:NL:RBMID:2010:BM0831

Stichting X/werknemer

Afwijzing ontbindingsverzoek ondanks verschillende klachten wegens seksuele intimidatie

Werknemer (55 jaar) is in 1996 in dienst getreden van Stichting X, in de functie van (activiteiten)begeleider. Stichting X houdt zich bezig met verzorging en begeleiding van mensen met een verstandelijke en/of lichamelijke handicap. Werknemer was tevens stagebegeleider. In 2008 en 2009 is door verschillende stagiaires aangegeven dat zij zich seksueel geïntimideerd voelden door werknemer. Tevens heeft in 2009 een cliënte van Stichting X melding gemaakt van seksuele intimidatie. Naar aanleiding van deze laatste melding, mede in het licht met het voorgaande, is werknemer op 2 december 2009 op staande voet ontslagen. Thans verzoekt Stichting X voorwaardelijke ontbinding van de arbeidsovereenkomst.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Het oordeel over de aanwezigheid van een dringende reden is voorbehouden aan de bodemrechter. De kantonrechter kan niet op deze grond de arbeidsovereenkomst ontbinden. De vraag of sprake is van een verstoorde arbeidsrelatie, wordt ontkennend beantwoord. Naar het oordeel van de kantonrechter had het op de weg van een zorgvuldig werkgever gelegen om na de verklaring van cliënte in 2009 onderzoek te doen naar de juistheid van deze verklaringen. Dit heeft de Stichting niet gedaan. Het is dan ook niet verwonderlijk dat werknemer de aantijgingen betwist en ontkent. Dat is zijn goed recht. Hieruit kan geen verstoorde arbeidsrelatie worden afgeleid. Volgens de kantonrechter is eerder sprake van een joviaal en nogal vrij karakter van werknemer. Daarvoor is hij gewaarschuwd en daar wordt aan gewerkt. Ontbinding wegens een vertrouwensbreuk is in dit stadium niet aan de orde.

Volgt afwijzing ontbindingsverzoek.