werknemer/X. Uitzendbureau BV

Werknemer is sinds 1999 in dienst van werkgever in de functie van slijper. Op vrijdag 8 mei 2009 is werknemer rond 11.00 uur naar huis gegaan. Werkgever heeft werknemer gebeld. Afgesproken is dat werknemer maandag 11 mei 2009 weer zou gaan werken. Werknemer is echter niet op het werk verschenen. De werkgever heeft vervolgens een afrekening einde dienstverband opgesteld. Werknemer stelt zich thans op het standpunt dat hij zich op 11 mei heeft ziekgemeld en dat van ontslagname geen sprake is. Hij heeft de nietigheid van het ontslag ingeroepen en een loonvordering ingesteld.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Uit het enkele niet verschijnen op de werkplek en de nadien gebleken omstandigheid dat werknemer een uitkering had aangevraagd heeft H. naar het oordeel van de kantonrechter niet zonder meer mogen aannemen dat werknemer ondubbelzinnig ontslag heeft genomen. Alvorens tot een dergelijke aanname te komen, had het in dit geval op de weg van werkgever gelegen om daarover contact met werknemer op te nemen om zich er op die manier van te vergewissen dat werknemer de beëindiging van de arbeidsovereenkomst beoogde. De loonvordering wordt echter pas vanaf 14 juni 2009 toegewezen, omdat werknemer zich voordien niet beschikbaar heeft gehouden de arbeid te verrichten.