Naar boven ↑

Rechtspraak

Stichting RSG de Borgen/UWV
Rechtbank Noord-Nederland, 8 april 2010

Stichting RSG de Borgen/UWV

Zelfstandig tegenverzoek leidt tot verwijtbare werkloosheid, tenzij voortzetting in redelijkheid niet van werknemer kan worden gevergd. Nuancering CRvB 26 november 2009, AR 2009-954

Werknemer is vanaf 2003 tot 2008 werkzaam geweest als rector van de vestiging De Lindenborg. De Stichting heeft na aanhoudende geruchten inzake de affectieve relatie tussen de rector en werknemer, werknemer uiteindelijk op non-actief gesteld. Uiteindelijk heeft De Stichting ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht, wegens een verstoorde arbeidsrelatie. De arbeidsovereenkomst is ontbonden zonder toekenning van een vergoeding. Werknemer heeft vervolgens een WW-uitkering aangevraagd en ontvangen. Van dit besluit tot toekenning van een uitkering komt De Stichting in beroep. Zij stelt dat hoewel zij formeel het ontbindingsverzoek heeft ingediend, materieel gezien het verzoek van werknemer afkomstig was. Er is derhalve sprake van verwijtbare werkloosheid ex artikel 24 lid 1 sub b WW.

De rechtbank oordeelt als volgt. De Stichting heeft terecht aangevoerd dat uit de uitspraak van de CRvB 26 november 2009, AR 2009-0954, niet kan worden afgeleid dat in het onderhavige geval geen sprake zou kunnen zijn van beëindiging van het dienstverband op verzoek van werknemer. Door het indienen van een zelfstandig tegenverzoek heeft werknemer immers actief meegewerkt aan het einde van zijn dienstverband. Anders dan De Stichting stelt, is echter geen sprake van een situatie dat voortzetting in alle redelijkheid van werknemer gevergd kon worden. Er was immers sprake van een dermate verstoorde arbeidsrelatie dat het UWV terecht heeft geoordeeld dat werknemer recht heeft op een WW-uitkering. Een uitkering op grond van het Besluit werkloosheid onderwijs- en onderzoekspersoneel (Bwoo) is volgens vaste rechtspraak van de CRvB niet aan te merken als inkomsten uit beëindiging van het dienstverband ex artikel 16 lid 3 WW.

Het beroep is derhalve ongegrond.

  • Instantie: Rechtbank Noord-Nederland
  • Datum uitspraak: 08-04-2010
  • Roepnaam: Stichting RSG de Borgen/UWV
  • Zaaknummer: AWB 09/1571
  • Nummer: AR-2010-0375