Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/ViFe VOF
Gerechtshof Amsterdam, 24 augustus 2010
ECLI:NL:GHAMS:2010:BN5047

werknemer/ViFe VOF

Ontbreken van gelijktijdige en duidelijke mededeling van dringende reden leidt tot nietigheid ontslag op staande voet

Werknemer is op 1 oktober 2009 als chauffeur pakketdienst bij ViFe in dienst getreden. Op 24 december 2009 heeft werknemer een schriftelijke waarschuwing ontvangen, wegens het aanbieden van een pakketje bij buren, hetgeen niet is toegestaan. Volgens werknemer heeft ViFe hem op 3 januari 2010 op staande voet ontslagen, althans op non-actief gesteld, zonder daartoe gerechtigd te zijn en vordert wedertewerkstelling en loon. ViFe stelt zich op het standpunt dat sprake is van een ontslag op staande voet per 3 januari 2010 en legt aan dit ontslag diverse feiten ten grondslag, voornamelijk daterend van ruim voor 3 januari 2010. Volgens werknemer is er geen sprake van een onverwijld dringende reden en gelijktijdige mededeling van de reden van dit ontslag. De kantonrechter heeft de vordering van werknemer afgewezen.

Het hof oordeelt als volgt. In de eerste plaats stelt het hof vast dat ViFe de klachten die betrekking hadden op de periode vóór 24 december 2009 alle met werknemer heeft besproken. ViFe heeft werknemer op zijn gedragingen in die periode aangesproken en heeft hem gewaarschuwd, dat herhaling daarvan zou leiden tot beëindiging van het dienstverband per 1 januari 2010. Daaruit volgt dat ViFe die gedragingen kennelijk niet zó ernstig vond dat ze een ontslag op staande voet op 24 december 2009 konden rechtvaardigen. Dat houdt tevens in dat die gedragingen niet in een latere fase, volgens ViFe op 3 januari 2010, als een zelfstandige grond voor het toen gegeven ontslag op staande voet kunnen dienen. Het hof stelt vast dat een klacht over een bezorging op 29 december 2009 niet is genoemd in de brief van 8 februari 2010, laat staan dat is beschreven welke gedragingen van werknemer aanleiding zijn geweest voor het beweerde ontslag op staande voet. Volgens die brief zou werknemer na 25 december 2009 juist geschorst zijn geweest. Uit deze gang van zaken maakt het hof op dat voorshands onvoldoende aannemelijk is dat ViFe op 3 januari 2010 voldoende duidelijk aan werknemer heeft medegedeeld welke dringende redenen aan het ontslag ten grondslag lagen. De ontslagaanzegging voldoet daarmee niet aan de daaraan te stellen eisen.

Volgt vernietiging van het vonnis van de kantonrechter.