X Bicycles/werknemer

Werknemer (31 jaar) is sinds 2006 werkzaam voor werkgever op basis van arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd, laatstelijk voor de duur van zes maanden (einddatum 13 mei 2008). In de onderhavige zaak vordert werknemer gefixeerde schadevergoeding vanaf 28 november 2007 tot 13 mei 2008. Hij stelt zich op het standpunt dat hij op genoemde datum is ontslagen. Werkgever stelt zich op het standpunt dat werknemer zelf ontslag heeft genomen. Op 28 november 2007 zou werknemer – na een geschil over vrijaf die middag voor een tandartsbezoek – hebben gezegd 'Ik ga weg', onder inlevering van zijn spullen. Nadien zou werknemer niet meer op zijn verklaring zijn teruggekomen en heeft hij pas in januari 2008 de nietigheid van het ontslag ingeroepen. De kantonrechter heeft de vorderingen van werknemer toegewezen.

Het hof oordeelt als volgt. Werknemer heeft niet duidelijk en ondubbelzinnig te kennen gegeven dat hij de arbeidsovereenkomst (tussentijds) wilde beëindigen. Ook uit de omstandigheid dat werknemer in de twee weken na 28 november 2007 niets meer van zich liet horen, kan achteraf niet worden afgeleid dat hij op 28 november 2007 duidelijk bedoeld heeft zelf de arbeidsovereenkomst te doen eindigen. De directeur van werkgever had immers op 28 november 2007, tegen werknemer gezegd toen deze op het punt stond weg te gaan: 'Als je nu gaat, hoef je niet meer terug te komen.' Daaruit mocht werknemer begrijpen dat, als hij de werkplaats verliet, werkgever hem niet meer terug wilde en de arbeidsovereenkomst dus niet meer wenste voort te zetten met werknemer. De conclusie is dat niet werknemer, maar werkgever de arbeidsovereenkomst op 28 november 2007 per direct heeft opgezegd. Deze opzegging was onregelmatig zodat werknemer terecht aanspraak maakt op de gefixeerde schadevergoeding.