Naar boven ↑

Rechtspraak

werkgever/werkneemster
Rechtbank Gelderland, 12 januari 2011
ECLI:NL:RBARN:2011:BP1789

werkgever/werkneemster

Werkgever dient omvang verduistering kassagelden te bewijzen. Strafrechtelijke veroordeling levert in casu geen dwingend bewijs op

Werkneemster is in 1990 in dienst getreden van een DA Drogisterij. Op 1 december 2005 heeft werkgever ontdekt dat werkneemster die dag bij het afrekenen van een aantal winkelartikelen voor zichzelf, niet voor deze artikelen had betaald maar een retourbon van € 100 op de kassa had aangeslagen. Het wisselgeld (€ 100 minus de prijs van de artikelen) had zij daarbij uit de kassa weggenomen. Hierop is werkneemster op staande voet ontslagen. Werkgever heeft vervolgens een onderzoek laten verrichten naar de kassaregistraties. Uit dit onderzoek is een bedrag ad € 21.471 aan weggenomen artikelen vastgesteld. Thans vordert werkgever schadevergoeding van werkneemster wegens verduistering van dit bedrag. Werkneemster heeft erkend dat zij geld en artikelen uit de drogisterij heeft weggenomen, maar zij betwist de omvang van het verduisterde bedrag. Werkneemster is door de politierechter strafrechtelijk veroordeeld voor verduistering.

De rechtbank oordeelt als volgt. Op grond van artikel 150 Rv rust op werkgever de bewijslast met betrekking tot de omvang van de schadepost. Het strafrechtelijk vonnis levert op grond van artikel 161 Rv dwingendrechtelijk bewijs op, indien het onherroepelijk is. Daarvan is in casu (nog) geen sprake. Omdat het onderzoeksrapport geen uitsluitsel geeft over de mogelijke toedracht van de kasverschillen, is werkgever niet geslaagd in het leveren van bewijs dat werkneemster daadwerkelijk dit schadebedrag heeft verduisterd. Denkbaar is dat andere werknemers gebruik hebben gemaakt van haar kassacode.

Volgt aanhouding voor nadere bewijsvoering.