Naar boven ↑

Rechtspraak

werkgever/werknemer
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 22 februari 2011
ECLI:NL:GHLEE:2011:BQ1403

werkgever/werknemer

Concurrentiebeding blijft geldig bij omzetting arbeidsovereenkomst bepaalde tijd in arbeidsovereenkomst onbepaalde tijd, tenzij sprake is van zwaarderdrukkencriterium

Werknemer is op 1 september 2003 op basis van een arbeidsovereenkomst voor de duur van zes maanden in dienst getreden van de rechtsvoorganger van werkgever. De arbeidsovereenkomst bevatte een concurrentiebeding. In februari en augustus 2004 zijn partijen een 'aanvulling op de arbeidsovereenkomst' overeengekomen. Bij de laatste aanvulling is de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd omgezet in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. In beide 'aanvullingen' stond opgenomen dat 'de overige bepalingen uit de overeenkomst ongewijzigd blijven'. Werknemer heeft de arbeidsovereenkomst met werkgever opgezegd en is per 1 augustus 2010 in dienst getreden van AE, een directe concurrent van werkgever. Werkgever heeft zowel werknemer als AE in rechte betrokken wegens schending van het concurrentiebeding en uitlokken van wanprestatie. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat AE en werkgever geen gelijksoortige producten vervaardigen (te weten 'draaideuren' versus 'schuifdeuren') zodat geen sprake is van overtreding van het concurrentiebeding, waardoor de vorderingen zijn afgewezen.

Het hof oordeelt als volgt. Werknemer stelt zich op het standpunt dat het concurrentiebeding bij de verlengingen niet opnieuw rechtsgeldig tot stand is gekomen. Het hof volgt werknemer niet in zijn betoog. Partijen zijn immers uitdrukkelijk en schriftelijk een aanvulling op de overeenkomst overeengekomen. Met deze aanvullingen hebben partijen geen nieuwe overeenkomst, maar een wijziging van de bestaande overeenkomst beoogd. Gesteld noch gebleken is dat deze wijziging van de arbeidsverhouding tussen partijen zodanig is dat daardoor het beding aanmerkelijk zwaarder is gaan drukken. Een omzetting van een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd in een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd ligt – bij goed functioneren – in de lijn der verwachtingen zodat geen sprake zal zijn 'zwaarder drukken' (AVM-arresten).

Op grond van de belangenafweging van artikel 7:653 lid 2 BW acht het hof evenwel aannemelijk dat in een bodemprocedure het concurrentiebeding geheel zal worden vernietigd. Werkgever heeft slechts een beperkt belang bij handhaving, terwijl de belangen van werknemer bij indiensttreding (loonsverhoging, leidinggevende positie) aanmerkelijk zijn.