werkneemster/Stichting Carmelcollege

Werkneemster is sinds 1994 als docent in dienst van Carmelcollege en werkzaam bij het Pius X College. Op 8 december 2009 meldt werkneemster zich ziek wegens overbelasting, waarna de bedrijfsarts oordeelt dat sprake is van ziekte als gevolg van een conflict. Het Pius X College heeft werkneemster laten weten haar in het schooljaar 2010-2011 in te zetten bij Zorg : Welzijn. Zij werkte voorheen bij Handel : Administratie, maar daarvoor heeft zij geen tweedegraadsbevoegdheid. De bedrijfsarts en verzekeringsarts zijn van oordeel dat de aangeboden administratieve werkzaamheden in het kader van re-integratie passend zijn voor werkneemster. Werkneemster heeft laten weten onder behandeling van een psycholoog te zijn, waardoor het ondoenlijk is haar werk uit te voeren. Het Carmelcollege heeft per 26 mei 2011 de loonbetaling stopgezet, omdat werkneemster weigert passend werk te verrichten. Werkneemster is bij besluit van 25 juli 2011 ontslagen per 1 november 2011. Thans vordert zij wedertewerkstelling in de functie docent Handel : Administratie. Tevens heeft ze een loonvordering ingesteld.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Onweersproken heeft Carmelcollege gesteld dat zij, als gevolg van wetswijziging en op aandrang van de inspectie, in de loop van het schooljaar 2009-2010 een beleid heeft ingezet dat ervoor moet zorgen dat binnen enkele jaren de lessen op scholen zo veel mogelijk worden gegeven door bevoegde docenten. Vast staat dat werkneemster de bevoegdheid mist om les te geven in de vakken Handel : Administratie. Daarnaast is onduidelijk in wiens voordeel de beslissing van de Commissie van Beroep met betrekking tot het aan werkneemster gegeven ontslag zal uitvallen. Derhalve wordt de vordering tot wedertewerkstelling in de functie van docent Handel : Administratie afgewezen.

Onder verwijzing naar het arrest Mak/SGBO (HR 27 juni 2008, LJN BC7669) wordt geoordeeld dat voldoende aannemelijk is dat zich een situatie kan voordoen als bedoeld in artikel 7:628 lid 1 BW. In het kader van deze procedure kan daar geen eindoordeel over worden gegeven, maar de sanctie in het geheel geen loon meer te betalen – naar de kantonrechter begrijpt gebaseerd op artikel 7:627 BW – is onder de gegeven omstandigheden, waaronder de leeftijd van werkneemster, haar medische klachten en de duur van haar dienstverband, een te ingrijpende maatregel. Naar het voorlopig oordeel is niet uit te sluiten dat er sprake is van psychische overmacht in die zin dat zij om die reden niet meer aan het werk kan op de afdeling Zorg : Welzijn. De loonvordering van 27 mei tot 1 november 2011 wordt toegewezen. Het is aan de Commissie van Beroep of werkneemster ná laatstgenoemde datum nog aanspraak heeft op loon.