Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/werkgever
Rechtbank Gelderland, 6 februari 2012
ECLI:NL:RBARN:2012:BV3737

werknemer/werkgever

Vervolg tussenvonnis. Werknemer is geslaagd in bewijs dat hij 729 overwerkuren heeft gemaakt die niet zijn uitbetaald

Vervolg tussenvonnis. De kantonrechter heeft geoordeeld dat er sprake is (geweest) van overwerk. Thans ligt de vraag voor of dit overwerk in de mate heeft plaatsgevonden zoals werknemer heeft gesteld en of dat is gecompenseerd zoals werkgever stelt. Werknemer heeft diverse verklaringen van collega’s overgelegd. Werkgever stelt dat deze verklaringen niet onder ede zijn afgelegd en niet in zijn aanwezigheid. Voorop gesteld wordt dat het aan werknemer is om te bepalen op welke wijze hij het aan hem opgedragen bewijs wil leveren. Hoewel het voor de hand had gelegen om de door hem opgevoerde getuigen onder ede te laten horen, betekent dit niet dat de kantonrechter daarom aan dit schriftelijk bewijs voorbij dient te gaan dan wel daaraan slechts beperkte betekenis kan toekennen. De kantonrechter is immers vrij in de waardering van het bewijs. De stelling van werkgever dat geen of beperkte betekenis toekomt aan de verklaringen omdat mogelijkerwijze sprake is van samenspanning, is onvoldoende onderbouwd. Het enkele feit dat de verklaringen op elkaar afgestemd lijken te zijn, is daartoe te weinig. Al met al is de kantonrechter van oordeel dat werknemer is geslaagd in het hem opgedragen bewijs. Aannemelijk is geworden dat werknemer 729 uren heeft overgewerkt en deze niet uitbetaald heeft gekregen. De vordering tot betaling van achterstallig loon wordt toegewezen.