X/Y

Y heeft een eenmanszaak en helpt drugsverslaafden om van hun verslaving af te komen. X heeft, nadat Y hem van zijn verslaving af heeft geholpen, vrijwilligerswerkzaamheden voor Y verricht. Y heeft besloten om X niet meer als vrijwilliger in te zetten. Thans is tussen partijen in geschil of X werkzaam is op basis van een arbeidsovereenkomst.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Gebleken is dat partijen over de arbeidsomvang, een van de essentialia van de arbeidsovereenkomst, geen overeenstemming hebben bereikt. Er is derhalve geen perfecte arbeidsovereenkomst gesloten. Het beroep van X op artikel 7:610a BW faalt. X verrichtte werkzaamheden als vrijwilliger. Deze werkzaamheden zijn voortgezet zonder dat de juridische basis is gewijzigd. Dat Y een bedrag van € 4000 heeft betaald – nog daargelaten wat de reden daarvoor was – maakt het voorgaande niet anders. De enkele betaling van een geldbedrag doet immers nog geen arbeidsovereenkomst ontstaan. Volgt afwijzing van de vordering.