Rechtspraak
PNO Consultants B.V./werknemer
Werknemer is sinds 1998 in dienst van (de rechtsvoorganger van) PNO, laatstelijk als Managing Consultant bij de afdeling Openbaar Bestuur. In de arbeidsovereenkomst is een concurrentiebeding overeengekomen. Als gevolg van een reorganisatie is de functie van werknemer komen te vervallen. Thans verzoekt PNO ontbinding van de arbeidsovereenkomst onder toekenning van een vergoeding conform het sociaal plan (C=1, zijnde € 78.012 bruto).
De kantonrechter oordeelt als volgt. Voldoende aannemelijk is dat de functie van werknemer is komen te vervallen en dat er geen andere functie voorhanden is. De arbeidsovereenkomst wordt derhalve ontbonden. Werknemer valt van de ontbinding geen enkel verwijt te maken. Bij het bepalen van de vergoeding vormt het concurrentiebeding een belangrijke factor. PNO handhaaft het concurrentiebeding en heeft de aangeboden beperkte ontheffing van het concurrentiebeding door werknemer niet aanvaard. Ingevolge het concurrentiebeding is het werknemer verboden om gedurende twee jaren in Nederland in een arbeidsovereenkomst of als zelfstandige werkzaamheden te verrichten gelijk, gelijksoortig of aanverwant aan de door PNO verrichte werkzaamheden. Dit betekent dat de kansen voor werknemer om een andere passende werkkring te vinden dan wel als zelfstandige in zijn levensonderhoud te voorzien, in belangrijke mate en gedurende een aanzienlijke periode worden gefrustreerd, terwijl hij part noch deel heeft aan de gewijzigde omstandigheden die tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst leiden. Alle omstandigheden in aanmerking genomen, wordt een vergoeding van € 158.430 bruto (C=2) billijk geacht.