Rechtspraak
Rechtbank Midden-Nederland, 19 september 2012
ECLI:NL:RBUTR:2012:BY8869
werkneemster/Mediq Apotheken Nederland B.V.
Werkneemster is sinds 1997 in dienst van (de rechtsvoorganger van) Mediq als apothekersassistente. Sinds 2006 heeft werkneemster zich een aantal keer ziek gemeld, mede vanwege een arbeidsconflict. Op 5 augustus 2008 heeft zij zich volledig ziek gemeld. Tijdens haar re-integratie heeft zij het werk deels hervat. Per 3 augustus 2010 is werkneemster een IVA-uitkering toegekend. Vastgesteld is dat zij 100% arbeidsongeschikt is. Na verkregen toestemming heeft Mediq de arbeidsovereenkomst tegen 1 februari 2011 opgezegd. Thans vordert werkneemster schadevergoeding wegens kennelijk onredelijk ontslag. Zij stelt dat Mediq ten onrechte hoge druk op haar heeft uitgeoefend om het werk te hervatten, terwijl ze daartoe niet in staat was.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Dat werkneemster te snel zou moeten re-integreren is onvoldoende onderbouwd. Het verwijt dat Mediq niets heeft ondernomen om de spanning op het werk te verminderen, wordt niet gevolgd. Mediq heeft de adviezen van de bedrijfsarts opgevolgd, er zijn wekelijks gesprekken gevoerd en Mediq heeft bedrijfsmaatschappelijk werk ingeschakeld. Aan de verwijten dat op werkneemster te veel druk zou zijn uitgeoefend, kan uitsluitend gewicht worden toegekend wanneer die hebben bijgedragen aan de arbeidsongeschiktheid die heeft geleid tot de opzegging. Dat is niet het geval. In de medische rapportage van de verzekeringsarts is immers vermeld dat de overspanningsklachten verband houden met een chronische, erfelijke aandoening. Volgt afwijzing van de vorderingen.