Naar boven ↑

Rechtspraak

werkgeefster/werkneemster
Rechtbank Rotterdam, 25 januari 2013
ECLI:NL:RBROT:2013:BZ4440

werkgeefster/werkneemster

Ontbinding arbeidsovereenkomst buurtmoeder na beëindigen loonkostensubsidie door gemeente Rotterdam. Verval arbeidsplaats valt in risicosfeer werkgeefster als zelfstandig ID-werkgever en payrollonderneming. C=0,2

Werkgeefster is een payrollonderneming die zich toelegt op de detachering van personeel naar instellingen op het gebied van welzijn, sociaal-cultureel werk en gemeentelijke diensten binnen de regio Rotterdam Rijnmond. Werkneemster is sinds 2002 in dienst als buurtmoeder, een arbeidsplaats die met behulp van een ID-loonkostensubsidie van de gemeente Rotterdam is gecreëerd. Zij is geplaatst bij de Stichting Welzijnsgroep Rijnmond. In 2011 heeft de dienst SoZaWe van de gemeente Rotterdam besloten tot afbouw van de aan de ID-werkgevers te verstrekken loonkostensubsidie. Werkneemster is sinds 20 augustus 2012 arbeidsongeschikt. Thans verzoekt werkgeefster ontbinding van de arbeidsovereenkomst wegens bedrijfseconomische redenen.

De kantonrechter oordeelt als volgt. In het onderhavige geval staat tussen partijen vast dat de ID-loonkostensubsidie volledig wordt beëindigd per 1 april 2013. De arbeidsplaats van werkneemster komt daarmee te vervallen, zodat de arbeidsovereenkomst wordt ontbonden. In het onderhavige geval is sprake van een bijzondere arbeidsverhouding veroorzaakt door het feit dat de arbeidsplaats van werkneemster door werkgeefster is gecreëerd en in stand is gehouden door middel van een door de gemeente Rotterdam verstrekte subsidie. Hoewel deze bijzondere arbeidsverhouding destijds is ontstaan in het kader van een door de gemeente opgestart werkgelegenheidsproject, is het karakter daarvan in de loop der tijd als het ware vervaagd en kan nu redelijkerwijs niet meer van een ‘project’ gesproken worden. Het vervallen van de arbeidsplaats van werkneemster door het wegvallen van de loonkostensubsidie ligt in de risicosfeer van werkgeefster als zelfstandig ID-werkgever. Hierbij wordt tevens rekening gehouden met de huidige arbeidsongeschiktheid van werkneemster en haar positie op de arbeidsmarkt, en met het feit dat niet gebleken is dat werkgeefster totaal niet in staat is om een eventuele vergoeding te betalen. Aan werkneemster wordt een vergoeding toegekend, waarbij wordt meegewogen dat werkgeefster reeds vanaf 1 januari 2012 de kosten van het verschil tussen het salaris van werkneemster en de voor haar ontvangen ID-loonkostensubsidie op zich heeft genomen. Tevens wordt naast de leeftijd van werkneemster (48 jaar) meegewogen dat werkneemster gedurende ruim tien jaar kennelijk steeds tot tevredenheid heeft gefunctioneerd en dat zij sinds 20 augustus 2012 arbeidsongeschikt is met weinig kans op herstel. Er wordt een vergoeding van (afgerond) € 4.700 bruto (C=0,2) toegekend.