werknemer/werkgeefster

Werknemer is sinds 2006 in dienst als consultant. Aan werknemer is een leaseauto ter beschikking gesteld. In artikel 15 van het reglement is onder meer bepaald dat deelname aan de leaseregeling eindigt dan wel wordt opgeschort bij een arbeidsongeschiktheid die langer duurt dan drie maanden en voorts dat de auto op eerste verzoek van de werkgeefster moet worden ingeleverd en dat bij uitblijven daarvan de extra kosten voor rekening van de werknemer zijn. Tussen partijen is een conflict ontstaan. Werknemer heeft zich ziek gemeld. Uiteindelijk is een beëindigingsovereenkomst gesloten. Thans is onder meer in geschil of werkgeefster een vergoeding in verband met de beëindiging van de arbeidsovereenkomst verschuldigd is.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Nu de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden is geëindigd, bestaat er geen grond voor het toekennen van een schadevergoeding ex artikel 7:681 BW. Niet valt in te zien dat werkgeefster onrechtmatig jegens werknemer heeft gehandeld door hem geen ontbindingsvergoeding, berekend conform de kantonrechtersformule aan te bieden. In de vaststellingsovereenkomst is geen verplichting daaromtrent te lezen. Werkgeefster heeft rechtsgeldig de loonbetaling tijdens een deel van de ziekteperiode gestopt, omdat werknemer heeft geweigerd mee te werken aan re-integratie. Als gesteld en niet gemotiveerd weersproken heeft als vaststaand te gelden dat werknemer tijdig kennis is gegeven dat het leasecontract van de aan hem in 2007 ter beschikking gestelde auto per maart 2011 zou aflopen en dat hij om die reden die auto diende in te leveren. Voorts heeft werknemer niet weersproken dat aan hem is meegedeeld dat op 1 maart 2011 een vervangende auto beschikbaar was zodat er niets aan het inleveren van die auto in de weg kon worden gelegd. Dat werknemer de leaseauto niet hoefde in te leveren omdat hij nog geen periode van drie maanden arbeidsongeschikt was, zoals hij betoogt, is onjuist nu niet om die reden om inlevering werd verzocht. Nu werknemer de leaseauto niet heeft ingeleverd, heeft werkgeefster de leasetermijnen over de maanden maart, april en mei 2011 terecht op werknemer verhaald.