werknemer/WEA Randstad Accountants & Adviseurs B.V.

Werknemer is sinds 1990 in dienst van WEA, een accountantskantoor. Tussen partijen is verschil van inzicht ontstaan over het functioneren van werknemer. Op verzoek van WEA is de arbeidsovereenkomst op 1 mei 2013 ontbonden onder toekenning van een vergoeding van € 105.000 bruto. WEA heeft het ontbindingsverzoek vervolgens ingetrokken. Werknemer is bericht dat WEA zijn terugkeer positief inziet en heeft hem begeleiding aangeboden. De bedrijfsarts heeft vastgesteld dat van arbeidsongeschiktheid geen sprake is. Thans verzoekt werknemer ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Hij stelt dat hij niet is ondersteund bij zijn terugkeer en dat een vruchtbare samenwerking niet meer mogelijk is.

De kantonrechter oordeelt als volgt: nu werknemer zelf wenst dat er een einde komt aan het dienstverband, wordt de arbeidsovereenkomst ontbonden. Het verzoek om een vergoeding toe te kennen, dient anders te worden beoordeeld dan wanneer het initiatief voor de ontbinding van WEA zou zijn uitgegaan. Van de wijziging van de omstandigheden valt aan WEA een verwijt te maken dat volledig in haar risicosfeer ligt. Niet is komen vast te staan dat het door WEA gestelde disfunctioneren ooit voldoende helder is gemaakt aan werknemer, laat staan dat werknemer een verbetertraject is geboden. Los van dit verwijt aan WEA, is thans gebleken dat WEA, voor en nadat zij haar verzoek had ingetrokken, werknemer in staat heeft gesteld zijn eigen functie weer te gaan uitoefenen. Werknemer wordt in dat verband verweten dat hij niet positief wenste mee te werken aan terugkeer in zijn eigen functie, terwijl WEA serieuze pogingen voor die terugkeer ondernam. Zo heeft werknemer niet willen meewerken aan mediation. Alle genoemde feiten en omstandigheden tegen elkaar afwegende doet een vergoeding van € 45.000 bruto het meeste recht aan de situatie.