Naar boven ↑

Rechtspraak

X/Y
Rechtbank Noord-Holland, 26 juni 2013

X/Y

Schoonmaakster Britse ambassade wordt niet aangemerkt als kleine zelfstandige, zodat het BBA niet van toepassing is. Voor persoonlijk verrichten van arbeid is niet de feitelijke situatie, maar de subjectieve bedoeling van partijen bij het aangaan van de overeenkomst van belang

Vervolg tussenvonnis (zie AR 2013-0656). Tussen partijen is in geschil of X kan worden aangemerkt als ‘kleine zelfstandige’ in de zin van artikel 1 onder b sub 2 BBA. X stelt dat op de beëindiging van de overeenkomst van opdracht artikel 6 BBA van toepassing is en dat voor opzegging van de overeenkomst voorafgaande toestemming van het UWV vereist is. Nu geen toestemming is gevraagd, is de opzegging op grond van artikel 9 BBA vernietigbaar.

De rechtbank oordeelt als volgt. Voor de beantwoording van de vraag of X werkzaam was als kleine zelfstandige in de zin van artikel 1 onder b sub 2 BBA is beslissend of zij jegens Y verplicht was de overeengekomen arbeid persoonlijk te verrichten. De stelling van X dat zij de schoonmaakwerkzaamheden in de praktijk persoonlijk placht te verrichten is in zoverre niet belang dat het niet gaat om de feitelijke situatie, maar om de subjectieve bedoeling van partijen bij het aangaan van de overeenkomst. In de contractdocumenten tussen partijen is een verplichting om de overeengekomen arbeid persoonlijk te verrichten niet te vinden. Dat sluit op zichzelf niet uit dat partijen dit bij het aangaan van de overeenkomst wel beoogd hebben. Voor zich spreekt dit echter niet, omdat de aard van de werkzaamheden (dagelijkse schoonmaak van de Britse ambassade) zich zeer wel voor vervanging leent; uiteraard geen vervanging door wie dan ook, nu naast ervaring op schoonmaakgebied uiteraard ook betrouwbaarheid een factor is die bij vervanging een rol zal spelen. Aan die criteria zullen echter veel schoonmakers kunnen voldoen. Gesteld noch gebleken is dat Y ooit enige zeggenschap heeft gehad of willen hebben over de vraag wie bij afwezigheid van X de schoonmaakwerkzaamheden zou uitvoeren. Dat naast X ook andere mensen bij de schoonmaakwerkzaamheden betrokken zijn geweest staat vast, zij het dat de omvang daarvan in dispuut is. X heeft nog verklaringen overgelegd van ambassademedewerkers die haar vaak hebben zien schoonmaken, maar dat zegt niets over de vraag of zij ook gehouden was dit persoonlijk te doen. De conclusie is dan ook dat het BBA op de overeenkomst tussen partijen niet van toepassing is. Volgt afwijzing van de vordering.

  • Instantie: Rechtbank Noord-Holland
  • Datum uitspraak: 26-06-2013
  • Roepnaam: X/Y
  • Zaaknummer: C/15/196457 / HA ZA 12-449
  • Nummer: AR-2013-0657
  • Onderwerpen: Overige
  • Trefwoorden: overeenkomst van opdracht, kleine zelfstandige, toepasselijkheid BBA en verplichting tot persoonlijk verrichten van arbeid