Rechtspraak
Rechtbank Amsterdam (Locatie Amsterdam), 23 augustus 2013
ECLI:NL:RBAMS:2013:5390
X/Pentair Thermal Management Netherlands
X is in 1997 in dienst getreden bij een rechtsvoorganger van Pentair Thermal Management UK Limited (hierna: Pentair UK). Sinds 2008 is hij op basis van een detacheringsovereenkomst voor het Pentair-concern in Nederland gaan werken. De uitzending vond plaats op basis van een Letter of Agreement. Pentair NL draagt loonbelasting af aan de Nederlandse Belastingdienst. Ingaande 14 april 2010 is een nieuwe Letter of Agreement opgesteld, wederom voor twee jaar. X werd gedurende zijn detachering naar Pentair NL betaald door Pentair UK. Pentair UK verstrekte hem daarbij loonstroken. Blijkens deze loonstroken werden op dit salaris Engelse socialezekerheidspremies ingehouden, en participeerde X in het pensioenplan van Pentair UK. Centrale vraag in het onderhavige geschil is of tussen X en Pentair NL een arbeidsovereenkomst bestaat.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Nu Pentair NL in Nederland is gevestigd en X vanaf 14 april 2008 werkzaam en woonachtig was in Nederland, is Nederlands recht van toepassing. Of er tussen X en Pentair NL een arbeidsovereenkomst is ontstaan, is onder andere van afhankelijk of partijen zich daartoe hebben verbonden. In de detacheringsovereenkomst is niet bepaald dat Pentair NL ‘de werkgever’ van X zal worden. Hoewel Pentair NL eenmaal wordt aangeduid als ‘host country employer’, wordt voor het overige gesproken over ‘host country’. Dat X door deze overeenkomst een arbeidsovereenkomst verkrijgt met Pentair NL, is niet uit de overeenkomst af te leiden. Gelet op de in de overeenkomst neergelegde bepaling dat het de bedoeling van partijen is dat X na afloop van de detachering zal terugkeren naar Pentair UK, is naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter eerder aannemelijk dat partijen krachtens deze overeenkomst beoogd hebben dat X ook gedurende de periode van detachering in dienst blijft van Pentair UK. Niet is gebleken dat X zich gedurende zijn werkzaamheden ten behoeve van Pentair NL ooit tegenover Pentair NL op het standpunt heeft gesteld met Pentair NL een arbeidsovereenkomst te hebben. De arresten van de Hoge Raad waarnaar X verwijst (HR 1 december 2006, nrs. 38 850 (ECLI:NL:HR:2006:AT3920), 38 950 (ECLI:NL:HR:2006:AT3918), 39 710 (ECLI:NL:HR:2006:AT3932), 39 711 (ECLI:NL:HR:2006:AZ3175), 39 535 (ECLI:NL:HR:2006:AT3928) en 40 088 (ECLI:NL:HR:2006:AZ3169)) betreffen niet de vraag wie civielrechtelijk als werkgever heeft te gelden. Deze arresten betreffen de vraag welk bedrijf belastingplichtig is, welke vraag in de onderhavige zaak niet ter discussie staat. Volgt afwijzing van de vorderingen.