Rechtspraak
Rechtbank Midden-Nederland (Locatie Utrecht), 25 oktober 2013
ECLI:NL:RBMNE:2013:5342
werknemer/werkgever
Werknemer is op 1 mei 2010 in de functie van adjunct-directeur voor de duur van een jaar in dienst getreden. De arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is vervolgens twee keer voor de duur van een jaar verlegd. In de arbeidsovereenkomst zijn bepalingen uit de CAO Verzekeringsbedrijf van toepassing verklaard, voor zover deze algemeen verbindend zijn verklaard. Artikel 2.1 van de cao is vanaf 20 juli 2012 algemeen verbindend verklaard. Sub c van dit artikel bepaalt het volgende: ‘Een dienstverband voor bepaalde tijd kan eenmalig tot maximaal een totale periode van drie jaar minus één dag worden verlengd, zonder dat daardoor voor zijn beëindiging voorafgaande opzegging nodig is. Verder is bepaald dat als de arbeidsovereenkomst anders wordt voortgezet dan het bepaalde sub c, de laatste arbeidsovereenkomst geldt als aangegaan voor onbepaalde tijd. Centrale vraag is of werknemer per 1 mei 2013 werkzaam is op basis van een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd.
De kantonrechter beantwoordt deze vraag bevestigend en oordeelt als volgt. Artikel 2.1 uit de CAO Verzekeringsbedrijf is algemeen verbindend verklaard. Uit de tekst van de bepaling volgt dat een dienstverband voor bepaalde tijd één keer voor een bepaalde tijd kan worden verlengd (2.1 onder c van de cao) en dat wanneer de (toegestane) verlengde arbeidsovereenkomst (na het verstrijken van de bepaalde tijd) wordt voortgezet de laatste arbeidsovereenkomst geldt als aangegaan voor onbepaalde tijd (ook al zijn partijen ten aanzien van die laatste arbeidsovereenkomst een bepaalde tijd overeengekomen). Aannemelijk is dat de tussen partijen op 27 april 2012 overeengekomen arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd vanaf 20 juli 2012 geldt als aangegaan voor onbepaalde tijd. Artikel 2.1 is, gelet op het tussen partijen overeengekomen incorporatiebeding, tussen partijen van toepassing gedurende de periode dat deze bepaling algemeen verbindend is verklaard. Gelet op het besluit van 17 juli 2012 is dat in de periode vanaf 20 juli 2012 tot 2 januari 2013. Afgevraagd kan worden of de op 27 april 2012 gesloten arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd die vanaf 20 juli 2012 voor onbepaalde tijd moet worden geacht te zijn voortgezet op 2 januari 2013 weer een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd moet worden geacht te zijn, omdat vanaf dat moment de algemeen verbindend verklaarde bepaling niet meer van toepassing is. De kantonrechter is van oordeel dat dit niet het geval is, omdat dit van kleur verschieten in strijd zou zijn met de leer dat een verkregen recht niet aangetast wordt doordat een algemeenverbindendverklaring afloopt.