Naar boven ↑

Rechtspraak

Eaton Industries (Netherlands) B.V./werknemer
Rechtbank Overijssel (Locatie Enschede), 3 november 2014
ECLI:NL:RBOVE:2014:6088

Eaton Industries (Netherlands) B.V./werknemer

Verval van arbeidsplaats voorzitter OR is onvoldoende onderbouwd. Afwijzing ontbindingsverzoek.

Werknemer (48 jaar) is op 1 februari 1992 in dienst getreden bij Eaton. Hij is werkzaam in de functie van Lean Manufacturing Engineer (verder: LME). Werknemer is sinds 2004 voorzitter van de ondernemingsraad (OR). Gelet op de financiële cijfers en het aanhouden van de crisis heeft Eaton, teneinde haar concurrentiepositie te verbeteren, besloten tot een reorganisatie over te gaan. Hoewel de OR negatief heeft geadviseerd, heeft Eaton de reorganisatie doorgevoerd. Eaton verzoekt de arbeidsovereenkomst met werknemer te ontbinden, onder toekenning van een vergoeding conform het sociaal plan.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Vooropgesteld wordt dat werknemer voorzitter is van de OR en derhalve ten aanzien van hem een ontslagverbod geldt. Daar gaat voor de onderhavige ontbindingsprocedure reflexwerking vanuit. Dat betekent dat alleen dan tot ontbinding kan worden overgegaan indien voldoende aannemelijk is geworden dat van enig verband tussen het voorzitterschap van de ondernemingsraad en het onderhavige verzoek geen sprake is. Gelet op de meerjarige verliezen die Eaton heeft geleden en lijdt, heeft Eaton in redelijkheid tot het doorvoeren van een reorganisatie kunnen besluiten. Binnen het bedrijf van Eaton bestaat – voor zover hier van belang – onder meer de divisie PDCD, waaronder voor de reorganisatie zowel Systeem 55 als de Halyester vielen. Daarnaast is er onder meer een divisie ESS genaamd. Eaton heeft weliswaar gesteld dat de verplaatsing van Systeem 55 en de Halyester leidt tot het verval van twee arbeidsplaatsen in de functiegroep LME, maar heeft dit niet, althans onvoldoende, onderbouwd en/of inzichtelijk gemaakt. Zo ontbreekt bij het verzoekschrift een organogram met personeelsoverzichten betrekking hebbend op Systeem 55 en de Halyester (waar nodig aangevuld met een organogram met personeelsleden in die lijnen ondersteunende functiegroepen). Eaton heeft ter zitting bij monde van haar gemachtigde (bij herhaling) gesteld dat haar doel in het kader van de noodzakelijke reorganisatie is om het aantal werknemers in de functie LTE gelijk te trekken met het aantal werknemers in de functie LME. Waar dat op is gebaseerd en waar dat is beschreven, is niet gesteld, noch uit de stukken gebleken. Weliswaar zou dat tot de beleidsvrijheid van Eaton als ondernemer kunnen behoren, maar de enkele ‘wil’ om die functiegroepen qua aantallen gelijk te trekken is niet aan het ontbindingsverzoek ten grondslag gelegd, noch daargelaten dat ter zake daarvan geen adviesaanvraag aan de ondernemingsraad is gericht. Volgt afwijzing van het ontbindingsverzoek.