Rechtspraak
werknemer/Workmate Services Nederland B.V.Rechtbank Amsterdam, 12 februari 2015
werknemer/Workmate Services Nederland B.V.
Workmate en FS hebben een overeenkomst met NS en Burger King op grond waarvan zij schoonmaakwerkzaamheden uitvoeren. Workmate heeft een formulier FS B.V. overgelegd, waarop de gegevens van werknemer zijn vermeld. Awan Holding B.V. is enig aandeelhouder van FS en bestuurder van Workmate. X is bestuurder van Awan Holding B.V. FS en Workmate zijn op hetzelfde adres gevestigd. FS is op 16 december 2014 failliet verklaard, waarna de curator de arbeidsovereenkomst van werknemer heeft opgezegd. Werknemer vordert loondoorbetaling en wedertewerkstelling bij Workmate. Hij voert aan dat Workmate zijn werkgever is. Werknemer droeg werkkleding met het logo van WSN. Hij betwist dat hem is medegedeeld dat FS zijn werkgever was.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Voorop staat dat er geen schriftelijke arbeidsovereenkomst tussen werknemer en Workmate voorhanden is. Werknemer heeft wel een sollicitatieformulier van FS ingevuld en hij kan niet uitsluiten dat hij een arbeidsovereenkomst met FS heeft ondertekend. Uit de wijze waarop uitvoering is gegeven aan de arbeidsovereenkomst zijn vooralsnog te weinig aanknopingspunten aanwezig dan wel zijn deze onvoldoende zwaarwegend om een arbeidsovereenkomst met Workmate aan te nemen, zulks op basis van de aanwezigheid van de elementen gezagsverhouding, loon en verplichting om werkzaamheden voor Workmate te verrichten. Hoe betreurenswaardig ook, werknemer heeft in het geheel geen loon ontvangen. Een gezagsverhouding met Workmate voor wat betreft de aanwijzingen op het werk is niet voldoende aannemelijk geworden en het enkele feit dat werknemer zijn werkzaamheden in een trui met daarop de naam Workmate verrichtte is te weinig doorslaggevend om reeds nu tot het voorlopig oordeel te komen dat een arbeidsovereenkomst met Workmate tot stand is gekomen. Er zijn onvoldoende aanknopingspunten voor het voorlopig oordeel dat er sprake is van een door Workmate bedachte constructie louter met het oog op het frustreren van aanspraken van de werknemers. Het enkele gegeven dat de werknemers in dienst zijn van een andere vennootschap dan de (zuster)vennootschap die de overeenkomsten met de opdrachtgevers is aangegaan en er sprake is van personele verwevenheid met de bestuurders van de betrokken vennootschappen in combinatie met het faillissement van FS waar de werknemers op de loonlijst staan, is onvoldoende om reeds bij wege van voorlopig oordeel een papieren constructie of schijnconstructie aan te nemen en/of tot vereenzelviging van beide vennootschappen te concluderen. Strijd met de materiële kennelijke onredelijkheid dan wel de redelijkheid en billijkheid is dan ook onvoldoende aannemelijk geworden. Volgt afwijzing van de vordering.