Rechtspraak
Gerecht in Eerste Aanleg van Aruba, 15 juli 2015
ECLI:NL:OGEAA:2015:179
RBC Royal Bank (Aruba) N.V./werkneemster
Werkneemster is sinds 1991 in dienst van RBC. Vanaf 2010 is werkneemster ingezet op een aantal tijdelijke projecten van de bank, zoals binnen het ‘Recast-team’ voor het begeleiden van de conversie van de bancaire administratie naar het T24-systeem. Werkneemster heeft op 11 november 2014 de 65-jarige leeftijd bereikt. Ingevolge het destijds geldende recht was zij op 11 november 2009 reeds pensioengerechtigd. Zij geniet vanaf die datum ook een bedrijfspensioen en een algemeen ouderdomspensioen. Niettegenstaande het bereiken van de pensioengerechtigde leeftijd in 2009 is werkneemster in dienstbetrekking van RBC gebleven. Thans verzoekt RBC ontbinding van de arbeidsovereenkomst. RBC grondt het verzoek, samengevat, erop dat werkneemster (meer dan) de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt en voor haar, na het einde van de conversiewerkzaamheden, geen (passend) werk meer beschikbaar is.
Het gerecht oordeelt als volgt. In de kern komt de beoordeling van het verzoek erop neer of de omstandigheid dat de tijdelijke functie waarin werkneemster werkzaam was inmiddels niet meer bestaat, dat voldoende aannemelijk is gemaakt dat voor haar in haar vorige functie geen plaats meer is en dat zij vergeefs heeft gesolliciteerd naar een andere functie en de omstandigheid dat werkneemster al sinds 2009 pensioengerechtigd is en ook pensioen geniet, meebrengt dat de arbeidsovereenkomst moet worden ontbonden. Het gerecht beantwoordt die vraag positief. Naar oordeel van het gerecht is sprake van veranderingen in de omstandigheden die van dien aard zijn dat de dienstbetrekking billijkheidshalve dient te worden beëindigd. Nu werkneemster inmiddels al meer dan vijf jaar zowel een pensioenuitkering als haar volledige salaris verdient, ziet het gerecht geen aanleiding om billijkheidshalve enige vergoeding toe te kennen.