Naar boven ↑

Rechtspraak

werkneemster/werkgeefster
Rechtbank Noord-Nederland (Locatie Leeuwarden), 30 september 2015
ECLI:NL:RBNNE:2015:4601

werkneemster/werkgeefster

Ontslag op staande voet wegens diefstal houdt geen stand. Onvoldoende onderbouwd dat werkneemster op staande voet is ontslagen en niet voldaan aan gelijktijdige mededeling van de reden.

Werkneemster is voor de duur van een jaar in dienst. Op 11 augustus 2015 heeft tussen partijen een gesprek plaatsgevonden, waarna werkneemster de aan haar ter beschikking gestelde auto heeft leeggehaald en haar sleutels heeft ingeleverd. Werkgeefster stelt dat werkneemster op staande voet is ontslagen wegens diefstal. Werkneemster betwist dit. Zij heeft zich op 11 augustus 2015 op advies van haar huisarts ziek gemeld wegens spanningsklachten, welke ziekmelding door werkgeefster niet werd geaccepteerd. Werkgeefster heeft niet gezegd dat werkneemster op staande voet ontslagen was. Zij heeft werkneemster alleen aangesproken op een kasverschil van € 30. Werkneemster heeft vervolgens, zo stelt zij, de auto leeggehaald en de sleutels ingeleverd omdat zij de auto tijdens ziekte niet mocht gebruiken. Voorts stelt werkneemster dat zich geen dringende reden voor ontslag heeft voorgedaan en – indien deze zich wel zou hebben voorgedaan – dat deze haar niet onverwijld is meegedeeld.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Blijkens de verklaring van werkgeefster ter zitting heeft zij tegen werkneemster gezegd dat de regenton niet was afgerekend en dat ze met werkneemster stopte. Nu werkneemster zulks echter heeft betwist en werkgeefster geen feiten of omstandigheden heeft aangedragen die haar stelling onderbouwen dat zij werkneemster op staande voet heeft ontslagen in verband met de diefstal van een regenton, is naar het voorlopig oordeel van de kantonrechter onvoldoende aannemelijk geworden dat werkgeefster werkneemster op 11 augustus 2015 op staande voet ontslagen heeft, onder mededeling van de reden voor dat ontslag, althans dat zulks voor werkneemster voldoende kenbaar was en dat daaromtrent bij werkneemster geen enkele twijfel kon bestaan. Eerst in het kader van de onderhavige procedure heeft werkgeefster door middel van haar op voorhand toegestuurde conclusie van antwoord aangegeven dat het om diefstal van een regenton zou gaan. Werkgeefster heeft dit ter zitting nader toegelicht. Daarmee is niet voldaan aan de formele vereisten die aan een ontslag op staande voet worden gesteld, te weten een gelijktijdige mededeling van de reden van het gegeven ontslag. Voor zover in de door werkgeefster op voorhand toegestuurde conclusie van antwoord melding wordt gemaakt van een aantal verwijten die het ontslag op staande voet zouden rechtvaardigen, dienen deze verwijten bij de beoordeling van de rechtsgeldigheid van het ontslag op staande voet buiten beschouwing te blijven, nu met de in het e-mailbericht van de gemachtigde van werkgeefster van 17 augustus 2015 gegeven ontslagrond ‘diefstal’ de ontslagreden is gefixeerd. Volgt toewijzing van de loonvordering.