Naar boven ↑

Rechtspraak

Infrastructure Services & Projects B.V., h.o.d.n. SPIE-ICS/werknemer
Rechtbank Midden-Nederland (Locatie Utrecht), 18 februari 2016
ECLI:NL:RBMNE:2016:854
Met annotatie door prof. mr. dr. S.S.M. Peters

Infrastructure Services & Projects B.V., h.o.d.n. SPIE-ICS/werknemer

Arbeidsovereenkomst manager ontbonden vanwege verstoorde arbeidsverhouding, met toekenning van transitievergoeding. Ook de billijke vergoeding (ad € 15.000) is verschuldigd, nu werkgever nalatig is geweest in het zoeken van een oplossing in de kennelijk aanwezige problemen met collega-managers.

Werknemer is op 1 januari 1997 in dienst getreden van een rechtsvoorganger van Infrastructure Services & Projects B.V., handelend onder de naam SPIE-ICS (hierna: SPIE-ICS). Laatstelijk was hij werkzaam als Detachering Unit Manager Interim Beheer 2 bij de businessunit Telecom Management van SPIE-ICS tegen een salaris van € 3.959,74 bruto per maand. Werknemer heeft de bedongen arbeid steeds naar behoren verricht. Met ingang van 1 januari 2015 kreeg werknemer te maken met een nieuwe leidinggevende (hierna: leidinggevende). Begin januari 2015 is werknemer door leidinggevende aangesproken op ‘zijn negatieve uitstraling tijdens het MT’. Ter gelegenheid van de MT-vergadering van 2 april 2015 hebben vijf collega-managers van werknemer het vertrouwen in een verdere samenwerking met hem opgezegd. Zij benadrukten de persisterende negatieve houding van werknemer en zijn weerstand tegen de doorgevoerde veranderingen. Naar aanleiding daarvan is op 29 april 2015 aan werknemer medegedeeld dat SPIE-ICS had besloten hem van zijn functie te ontheffen. In mei 2015 hebben partijen geprobeerd een minnelijke regeling tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst te treffen, hetgeen niet is gelukt. Bij beschikking van 31 augustus 2015 heeft de kantonrechter op verzoek van werknemer de arbeidsovereenkomst op grond van een verstoorde arbeidsverhouding ontbonden. Begin september 2015 heeft werknemer voornoemd verzoek tot ontbinding ingetrokken. SPIE-ICS verzoekt thans om ontbinding van de arbeidsovereenkomst met werknemer zonder toekenning van een transitievergoeding. Aan haar verzoek legt SPIE-ICS ten grondslag dat sprake is van een zodanig verstoorde arbeidsverhouding dat van haar in redelijkheid niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Werknemer concludeert primair tot afwijzing van het verzoek en subsidiair tot ontbinding onder toekenning van een transitievergoeding en een billijke vergoeding.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Tijdens de procedure die heeft geleid tot de beschikking van 31 augustus 2015 stelde ook werknemer zich op het standpunt dat sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding tussen hem en SPIE-ICS. De kantonrechter heeft de verstoorde arbeidsverhouding in die beschikking onderkend en geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst om die reden ontbonden kon worden. Niet is gebleken dat er zich in de periode daarna iets heeft voorgedaan waardoor van een verstoring thans geen sprake meer is. SPIE-ICS kan daarom gevolgd worden in haar stelling dat van een verstoorde relatie in de zin van artikel 7:669 lid 3 aanhef en onderdeel g BW sprake is. Mede gelet op de aard van de ontslaggrond en de duur van de verstoring gedurende welke periode werknemer met behoud van salaris is vrijgesteld van werkzaamheden, ligt herplaatsing in dit geval niet in de rede. De kantonrechter zal de arbeidsovereenkomst gezien het voorgaande ontbinden. Van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten aan de zijde van werknemer is geen sprake. De omstandigheden die SPIE-ICS naar voren brengt rond de intrekking van het verzoek door werknemer, alsmede de stelling dat werknemer daarna heeft gepoogd om alsnog overeenstemming over de beëindiging van het dienstverband te bereiken, kunnen niet tot dit oordeel leiden. De betaling van de transitievergoeding is door SPIE-ICS dan ook verschuldigd.

Met betrekking tot de door werknemer verzochte billijke vergoeding oordeelt de kantonrechter als volgt. Bij de beoordeling van de vraag of sprake is van ernstig verwijtbaar handelen of nalaten aan de zijde van SPIE-ICS moet tevens acht geslagen worden op hetgeen vooraf is gegaan aan het door werknemer ingediende verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst. In de beslissing op dat verzoek heeft de kantonrechter geoordeeld dat SPIE-ICS gelet op de leeftijd van werknemer en de duur van het dienstverband, onvoldoende voor werknemer heeft gedaan. In enkele maanden tijd heeft zij de conclusie getrokken dat zij niet met werknemer verder kon, zonder deugdelijke begeleiding of een reëel verbeteringstraject. Evenzo is zij nalatig geweest in het zoeken van een oplossing in de kennelijk aanwezige problemen met de collega-managers, terwijl werknemer zich anderzijds wel heeft willen inzetten voor een verbetering van de werkrelatie. Door aldus te handelen heeft SPIE-ICS als het ware de grond voor de ontbinding veroorzaakt terwijl de ontbinding feitelijk niet aan de orde had moeten zijn. Een dergelijk handelen van een werkgever dient als ernstig verwijtbaar gekwalificeerd te worden en daarmee is een billijke vergoeding in dit geval op zijn plaats. Alles afwegende acht de kantonrechter in dit geval een billijke vergoeding van € 15.000 passend.