Naar boven ↑

Rechtspraak

Top-Care Health Services B.V./werkneemster
Rechtbank Limburg (Locatie Maastricht), 30 maart 2016
ECLI:NL:RBLIM:2016:2770

Top-Care Health Services B.V./werkneemster

Ontbindingsverzoek werkgever afgewezen. Niet is komen vast te staan dat werkneemster solistisch handelt en (daardoor) gebrekkig samenwerkt. Geen redelijke grond voor ontbinding.

Werkneemster is sinds 1 februari 2012 werkzaam bij Top-Care Health Services B.V. (hierna: Top-Care), laatstelijk in de functie van senior consultant. Op 17 augustus 2015 is werkneemster met zwangerschaps- en bevallingsverlof gegaan. Op 4 januari 2016 is zij van haar bevallingsverlof teruggekeerd. Nog diezelfde dag heeft er een gesprek tussen partijen plaatsgevonden, waarin Top-Care heeft aangegeven dat een voortzetting van de arbeidsovereenkomst niet van haar kan worden gevergd. Top-Care verzoekt de arbeidsovereenkomst met werkneemster te ontbinden, primair vanwege een verstoorde arbeidsverhouding (g-grond) en subsidiair vanwege ongeschiktheid van werkneemster tot het verrichten van de bedongen arbeid (d-grond). Werkneemster voert verweer en verzoekt de kantonrechter het ontbindingsverzoek af te wijzen.

De kantonrechter oordeelt als volgt. Het verzoekschrift en de pleitnota zijn doordrongen van één steeds terugkerend verwijt aan het adres van werkneemster: werkneemster handelt solistisch en is geen teamspeler. Top-Care heeft aangevoerd dat werkneemster op 30 oktober 2014 bij een bezoek aan de landelijke relatie Arboned haar grenzen heeft overschreden en volledig tegen de visie van het door Top-Care gehanteerde concept heeft gehandeld. Werkneemster had een en ander met de directeur moeten afstemmen, hetgeen zij niet heeft gedaan. De kantonrechter constateert dat dit voorval al geruime tijd geleden heeft plaatsgevonden. Daarnaast ontbreekt iedere vorm van schriftelijke verslaglegging, waardoor de kantonrechter deze kwestie buiten beschouwing laat. Volgens Top-Care verliep voorts de samenwerking tussen werkneemster en een van haar collega’s niet goed. Werkneemster gaf geen inzicht in haar werkwijze en haar collega werd door haar behandeld als een concurrent. Er was sprake van solistisch handelen, aldus Top-Care. Vanwege het feit dat de consultants vooraf vastgestelde targets moeten halen, is de gedachtegang van werkneemster volgens de kantonrechter niet verwonderlijk te noemen. Zij moet immers zelf ook voldoende omzet genereren. Natuurlijk is daarbij samenwerking vereist, maar dat werkneemster daarbij dermate solistisch heeft gehandeld dat ook die minimaal vereiste samenwerking niet van de grond is gekomen, is niet gebleken. Daar komt bij dat werkneemster heeft gesteld dat zij haar aankomende zwangerschaps- en bevallingsverlof met haar klanten heeft besproken en daarbij heeft aangegeven dat haar collega gedurende haar afwezigheid als haar vervanger zou fungeren. Het verwijt dat zij op dit punt gebrekkig zou hebben samengewerkt mist dan ook doel en kan niet leiden tot het oordeel dat er sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Top-Care niet in het minst onderbouwd dat er een objectiveerbare en concrete verstoring van de arbeidsverhouding bestaat die zodanig is, dat van haar niet langer gevergd kan worden de arbeidsrelatie te laten voortduren. Evenmin is gesteld noch gebleken van inspanningen zijdens Top-Care om de vermeende verstoring van de verhoudingen op te lossen. Een en ander levert geen redelijke grond voor ontbinding als bedoeld in artikel 7:669 lid 3 onderdeel g BW op. Het verwijt dat werkneemster solistisch opereert en niet in teamverband kan werken, is ook ter onderbouwing van de ‘d-grond’ aangevoerd. Gelet op het gemotiveerde en onderbouwde verweer van werkneemster is geenszins komen vast te staan dat zij solistisch handelt en daardoor ongeschikt is tot het verrichten van de bedongen arbeid als senior-consultant. Het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst wordt mitsdien afgewezen.