Rechtspraak
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Alkmaar), 16 maart 2016
ECLI:NL:RBNHO:2016:3769
werknemer/Telegraaf Mediagroep N.V.
Werknemer is op 1 augustus 2012 in dienst getreden bij Webregio B.V. te Purmerend, zijnde de rechtsvoorgangster van Dichtbij B.V. Op 16 november 2015 is werknemer op staande voet ontslagen. Werknemer verzoekt vernietiging van het ontslag. TMG verweert zich tegen het verzoek en voert daartoe – samengevat – aan dat TMG niet de werkgever is van werknemer, zodat hij niet-ontvankelijk moet worden verklaard in zijn verzoek.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Het verzoek dat werknemer op 12 januari 2016 heeft ingediend is gericht tegen TMG. TMG stelt zich op het standpunt dat werknemer nooit bij haar in dienst is geweest, maar in dienst was bij (aanvankelijk) Webregio B.V., die in rechte is opgevolgd door Dichtbij B.V. Ter onderbouwing van haar standpunt wijst TMG op de door haar in het geding gebrachte arbeidsovereenkomst waarin Webregio B.V. als werkgever is aangeduid en waarop het logo van Dichtbij is afgebeeld. Verder verwijst TMG naar de door werknemer overgelegde salarisspecificatie en correspondentie, waarop bovenaan weliswaar het logo van TMG is afgebeeld, maar steeds wordt afgesloten met Dichtbij B.V. en de adresgegevens van Dichtbij B.V. te Alkmaar, waaruit volgt dat de brieven zijn verstuurd vanuit Dichtbij B.V. TMG sluit geen arbeidsovereenkomsten en Dichtbij B.V. is een ‘achterkleindochter’, aldus TMG. De ontslagbrief van 16 november 2015 is ondertekend door de directeur van Dichtbij B.V. Mr. Cordesius heeft zich op 24 februari 2016 onttrokken als gemachtigde van werknemer, maar heeft hem wel op de hoogte gesteld van de zitting en het door TMG indiende verweerschrift aan hem doorgezonden. Werknemer is niet ter zitting verschenen en ook anderszins is niets meer van werknemer vernomen. Daarmee is het gemotiveerde verweer van TMG niet weersproken en moet als vaststaand worden aangenomen dat werknemer niet in dienst was bij TMG, maar bij Dichtbij B.V. Dit houdt in dat het verzoek van werknemer is gericht tegen de verkeerde partij, zodat hij daarin niet-ontvankelijk moet worden verklaard.