werkneemster/Yacht NL B.V.

Feiten

Yacht is een dochtervennootschap van Randstad en onderdeel van de Randstad Groep. Yacht detacheert haar medewerkers bij inleners voor verschillende functies. Werkneemster is in 2003 bij Yacht in dienst getreden. Laatstelijk was zij werkzaam voor 40 uur per week. Volgens de arbeidsovereenkomst is werkneemster inzetbaar in een straal van 120 km of 1,5 uur openbaar vervoer vanaf woonplaats X. Werkneemster heeft een gewone arbeidsovereenkomst met Yacht. Als Yacht geen opdracht voor werkneemster heeft, als Yacht haar niet bij een derde kan inzetten, behoudt werkneemster haar salaris. Op 10 februari 2014 heeft werkneemster zich ziek gemeld. Vanaf 5 mei 2014 was werkneemster weer 100% arbeidsgeschikt. Op 19 februari 2015 heeft werkneemster zich ziek gemeld wegens spanningsklachten. De re-integratie van-i -inspanningen van Yacht tot dat moment onvoldoende waren. Op enig moment in 2016 heeft Yacht werkneemster een vaststellingsovereenkomst aangeboden, waarbij het dienstverband zou eindigen. Werkneemster heeft daar niet mee ingestemd. In november 2016 heeft werkneemster een WIA-aanvraag ingediend. Op 4 januari 2017 heeft werkneemster zich bij Yacht volledig hersteld gemeld. Yacht heeft de hersteldmelding van werkneemster niet geaccepteerd en de arboarts verzocht de hersteldmelding van werkneemster te bekijken. Intussen heeft werkneemster geen werkzaamheden verricht.

De WIA-aanvraag is in verband met de betermelding van werkneemster door het UWV bij brief van 17 februari 2017 afgewezen. Op 13 april 2017 heeft het UWV geoordeeld dat naar hun oordeel per 4 januari 2017 geen sprake was van ziekte bij werkneemster. Yacht heeft werkneemster geen werkzaamheden aangeboden en de salarisbetalingen niet hervat.

Werkneemster vordert onder meer wedertewerkstelling en loondoorbetaling.

Oordeel

Hoewel de kantonrechter met Yacht van mening is dat het verrassend is dat werkneemster in december 2016 plots volledig hersteld is geraakt voor haar eigen werkzaamheden, is tot heden niet komen vast te staan dat werkneemster zich ten onrechte hersteld heeft gemeld. Integendeel, de second opinion van het UWV van 5 april 2017 ondersteunt de arbeidsgeschiktheid van werkneemster en de arboarts van Yacht heeft daar geen ander oordeel tegenover gesteld. Dat Yacht vervolgens werkneemster niet tewerk heeft gesteld, is haar keuze maar brengt niet mee dat werkneemster – zolang het dienstverband voortduurt – geen recht heeft op loon. Dat betekent dat de vordering van werkneemster ten aanzien van de loonbetalingen na 17 februari 2017 toegewezen zal worden. Dat geldt niet voor de gevorderde veroordeling tot wedertewerkstelling. Immers, Yacht is voor de inzet van werkneemster afhankelijk van een aanvraag voor plaatsing, met de kennis en ervaring als werkneemster en waarop zij – gelet op de afstand tot haar woonplaats – inzetbaar is. Werkneemster kan zonder zo’n aanvraag niet herplaatst worden. Dit alles betekent dat de vorderingen van werkneemster worden toegewezen zoals hierboven bepaald.