Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 29 mei 2017
ECLI:NL:GHARL:2017:4782
werkneemster/Stichting Certe Laboratorium voor Infectieziekten
Feiten
Werkneemster (geboren 1952) is sinds 1992 in dienst van de Stichting tegen een loon van € 11.162 bruto per maand. Vanaf medio 2010 is er kritiek op de houding van werkneemster (het ontbreken van enige zelfreflectie). Ondanks diverse pogingen met coaches te werken, verhardt de relatie tussen partijen. Werkgever heeft nadat werkneemster zich in 2016 heeft ziek gemeld, ontbinding van de arbeidsovereenkomst verzocht. De kantonrechter heeft vastgesteld dat het ontbindingsverzoek geen verband houdt met het opzegverbod tijdens ziekte en de arbeidsovereenkomst op verzoek van de Stichting ontbonden op de d-grond per 1 januari 2017 onder veroordeling van werkneemster in de proceskosten. Op het tegenverzoek van werkneemster is de Stichting veroordeeld tot betaling van de door werkneemster verzochte transitievergoeding € 184.391,52 bruto.
Oordeel
Het hof oordeelt als volgt.
Disfunctioneren treft ook ‘klein onderdeel van het werk’
Het hof deelt het oordeel van de kantonrechter dat sprake was van de d-grond voor ontbinding. Het hof benadrukt daarbij dat het niet gaat om de inzet en de technische vakbekwaamheid van werkneemster als arts en haar medisch handelen, maar om tot het beroepsprofiel van een specialist behorende communicatieve- en/of gedragscompetenties die vereist zijn voor een goede samenwerking, hetgeen ook de professionaliteit raakt. Dat er tussen de specialisten binnen de Stichting serieus te nemen problemen bestonden op het gebied van samenwerking is vanaf 2008 gesignaleerd door visitatiecommissies. Voor zover werkneemster het haar verweten disfunctioneren relativeert door te wijzen op het betrekkelijk geringe aandeel dat samenwerking in groepsverband inneemt ten opzichte van haar hoofdwerkzaamheden binnen het D, ziet werkneemster over het hoofd dat aan een voor het beroepsprofiel noodzakelijke competentie niet voorbij kan worden gegaan om de enkele reden dat die competentie in tijd minder vaak wordt aangesproken dan bijvoorbeeld de puur medische vaardigheden. De visitatiecommissies hebben niet voor niets op dit vlak aantoonbare verbeteringen van de Stichting geëist. Herplaatsing in dezelfde functie binnen de Stichting lag niet in de rede. Van een herplaatsingsmogelijkheid in een andere passende functie binnen de opzegtermijn en binnen de onderneming van de Stichting, zoals bedoeld in de artikelen 9 en 10 van de Ontslagregeling, is niet gebleken. Werkneemster heeft bovendien aangegeven dat zij werkzaam wilde blijven in haar eigen specialisme van arts-microbioloog. De kantonrechter heeft de arbeidsovereenkomst dan ook terecht ontbonden op de d-grond.
Geen zelfstandige vorderingen in verweerschrift in voorwaardelijk incidenteel appel mogelijk
In haar verweerschrift in voorwaardelijk incidenteel hoger beroep heeft werkneemster nog opgemerkt dat zij bij afwijzing van het door haar verzochte herstel aanspraak maakt op een billijke vergoeding en een veroordeling tot nakoming van de activeringsregeling. Deze aanvulling, die overigens ook niet terugkomt in een gewijzigd petitum, is in strijd met het uitgangspunt dat alle gronden van beroep moeten zijn opgenomen in het beroepschrift. Dat in dit geval sprake is van een in de jurisprudentie erkende uitzondering hierop is niet gebleken. Het hof laat deze aanspraken dan ook buiten beschouwing.