Rechtspraak
Rechtbank Den Haag (Locatie 's-Gravenhage), 21 maart 2016
ECLI:NL:RBDHA:2016:17091
Haeghe Groep/werknemer
Feiten
Werknemer is sinds 1982 in dienst bij de Haeghe Groep. De Haeghe Groep is de gemeentelijke dienst die de Wet sociale werkvoorziening (Wsw) uitvoert. Op 27 mei 2015 is werknemer uitgevallen wegens ziekte. De Haeghe Groep verzoekt de arbeidsovereenkomst met werknemer te ontbinden op basis van de e-grond, dan wel g-grond. Aan dit verzoek legt de Haeghe Groep ten grondslag dat werknemer niet meewerkt aan zijn re-integratie door het aangepaste werk op aangepaste uren (drie maal drie uur per week) niet te verrichten zonder zich af te melden; niet op het spreekuur van de bedrijfsarts te komen, zonder dat daar een deugdelijke reden voor is; en niet mee te werken aan een psychologisch onderzoek. Werknemer heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
Oordeel
Werknemer heeft zich – zo begrijpt de kantonrechter zijn verweer althans – op het standpunt gesteld dat hij op deugdelijke gronden niet aan zijn re-integratieverplichtingen heeft voldaan, omdat hij niet in staat is drie keer drie uur per week te werken. Werknemer heeft ter onderbouwing verwezen naar de verklaring van zijn behandelend chiropracticus en naar het advies van de bedrijfsarts van 29 januari 2016. In dat advies staat dat belastbaarheid van werknemer pas kan worden vastgesteld aan de hand van een Functionele Mogelijkheden Lijst (FML). Zolang dat niet is gebeurd, acht werknemer zich niet gehouden werkzaamheden te verrichten. De kantonrechter verwerpt dat verweer. Zoals de bedrijfsarts in zijn gewijzigd advies van 3 februari 2016 duidelijk heeft verklaard, is hij (nog steeds) van oordeel dat werknemer inzetbaar is voor de eerder vastgestelde urenbelasting van drie keer drie uur per week. Het advies een FML op te stellen en arbeidsdeskundig advies op te starten doet daar klaarblijkelijk niet aan af. Ook overigens heeft werknemer niet onderbouwd dat hij niet in staat is de voorgeschreven werkzaamheden te verrichten. De verklaring van de chiropracticus legt, afgewogen tegen de adviezen van de bedrijfsarts en het deskundigenoordeel van het UWV, onvoldoende gewicht in de schaal. Bovendien heeft werknemer geen enkele verklaring gegeven voor het meermalen niet verschijnen op afspraken met de bedrijfsarts. Uit het voorgaande blijkt dat werknemer zonder deugdelijke grond de op hem rustende re-integratieverplichtingen niet is nagekomen. Nu de Haeghe Groep de loonbetaling heeft stopgezet levert dat niet-nakomen ernstig verwijtbaar handelen van de werknemer op. De arbeidsovereenkomst wordt op de kortst mogelijke termijn ontbonden en de werkgever is geen transitievergoeding verschuldigd.