Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemers/Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Haarlem), 26 juli 2023
ECLI:NL:RBNHO:2023:7966
Afwijzing vorderingen Martinair-vliegers tot vernietiging dan wel nietigverklaring van het VNV-besluit tot wijziging van en toelating KLM tot bestaande Martinair-cao. Het besluit voldoet aan de totstandkomingsvereisten, is niet in strijd met de goede zeden of de redelijkheid en billijkheid en er is geen sprake van misbruik van bevoegdheid.

Feiten

De Vereniging Nederlandse Verkeersvliegers (hierna: VNV), verweerder, is een vakbond voor de vliegers van onder meer Koninklijke Luchtvaart Maatschappij N.V. (hierna: KLM) en Martinair Holland N.V. (hierna: Martinair). Eisers, de (ex-vracht)vliegers van Martinair (hierna: de Vliegers), waren/zijn vertegenwoordigd in een Martinair-vliegervergadering. Artikel 23.3 VNV-statuten bepaalt dat voorafgaande goedkeuring van de vliegervergadering is vereist voor bestuursbesluiten betreffende de belangen van een betreffende afdeling ten aanzien van het aangaan of wijzigen van cao’s. In bijzondere gevallen is het bestuur bevoegd af te wijken van deze regeling onder de verplichting daarvan mededeling te doen. De sinds 2012 geldende Martinair-cao is sinds 2017 steeds aangepast door middel van protocollen. In het laatste protocol (2021), waarvoor goedkeuring is gevraagd aan de Martinair-vliegervergadering en ook is verkregen, is het begrip werknemer gedefinieerd als ‘de vlieger als zodanig in dienst zijnde van werkgever (...)’.  De KLM-cao hanteert een eigen definitie. Op 8 juni 2021 heeft het Hof Den Haag geoordeeld dat de Vliegers met ingang van 1 januari 2014 in dienst zijn getreden van KLM als gevolg van overgang van onderneming (hierna: het arrest). KLM en VNV zijn vervolgens overeengekomen dat KLM zal toetreden tot de Martinair-cao en dat het begrip werknemer daarin zal worden (her)gedefinieerd als: ‘de vlieger in dienst bij KLM of Martinair, tewerkgesteld bij Martinair Holland N.V. (...)’. VNV heeft hiertoe ook een formeel besluit d.d. 9 juli 2021 (hierna: het besluit) in de zin van artikel 23.3 VNV-Statuten genomen. Op 12 juli 2021 heeft KLM de Vliegers een aanbieding tewerkstelling gedaan onder toepasselijkheid van de Martinair-cao en heeft VNV daarvan mededeling gedaan aan haar leden. Op 13 juli 2021 is de aangepaste Martinair-cao aangemeld bij SZW. De Vliegers vorderen dat de rechtbank vernietigt, althans nietig verklaart, het besluit tot het aangaan van een aangepaste Martinair-cao 2021 en tot toelating van KLM met terugwerkende kracht bij de reeds beëindigde Martinair-cao’s, onder gelijktijdige aanpassing van de werkingssfeerbepaling van die cao’s. Volgens de Vliegers kleven er totstandkomingsgebreken aan het besluit (geen goedkeuring gevraagd, geen sprake van vereiste tijdelijke afwijking en geen mededeling), is het besluit in strijd met de goede zeden en is het enkel genomen met de bedoeling de Vliegers te benadelen en handelt VNV (niet raadplegen vliegervergadering, met terugwerkende kracht openbreken Martinair-cao’s, onvoldoende transparant) in strijd met de redelijkheid en billijkheid dan wel maakt zij misbruik van haar bevoegdheden.

Oordeel

De rechtbank is van oordeel dat de vorderingen van de Vliegers moeten worden afgewezen. VNV hoefde in de gegeven omstandigheden geen toestemming te vragen aan de Martinair-vliegvergadering voor de wijziging van de Martinair-cao, omdat sprake is geweest van een bijzonder geval ex artikel 23.3 VNV-Statuten. Van belang acht de rechtbank daarbij dat met het besluit inhoudelijk geen wijzigingen zijn aangebracht in de Martinair-cao’s, maar uitsluitend is bewerkstelligd dat de arbeidsvoorwaarden van de Vliegers behouden bleven. Ook speelt mee dat onduidelijk was aan wie goedkeuring gevraagd zou moeten worden, nu de Martinair-vliegvergadering na het arrest formeel niet meer leek te bestaan. De vragen of sprake was van een noodsituatie (uitleg Vliegers art. 23.3), of VNV daadwerkelijk gedwongen was het besluit te nemen als gevolg van het arrest en of dat het gelet op tijd onmogelijk was de vliegervergadering te raadplegen, kunnen in het midden blijven. Dat zijn namelijk geen vereisten voor afwijking van de hoofdregel. Ook is het betoog van de Vliegers dat slechts tijdelijk mag worden afgeweken van de bestaande cao niet juist. Het besluit valt naar het oordeel van de rechtbank daarom wel binnen de bevoegdheid van het bestuur ex artikel 23.3 VNV-Statuten. Verder is de rechtbank van oordeel dat VNV aan haar leden een tijdige en afdoende mededeling heeft gedaan van het besluit. Er kleven derhalve geen wettelijke of statutaire totstandkomingsgebreken aan het besluit. De rechtbank volgt de Vliegers daarnaast niet in hun betoog dat het besluit met geen ander doel is genomen dan de Vliegers te benadelen. Het besluit vormt immers een uitvoering van het arrest, en vooroverleg tussen VNV en KLM daarover maakt niet dat om die reden sprake is van (een oogmerk tot) benadeling. Van strijd met de goede zeden is dan ook niet gebleken. Tot slot is geen sprake van strijd met de redelijkheid en billijkheid dan wel van misbruik van bevoegdheid. VNV hoefde de vliegervergadering immers niet te raadplegen, de rechtszekerheid is niet geschonden want er zijn geen inhoudelijke wijzigingen aangebracht in de bestaande Martinair-cao’s en VNV heeft haar leden voldoende en tijdig geïnformeerd over het besluit zodat geen sprake is geweest van misleiding.