Rechtspraak
Rechtbank Rotterdam (Locatie Rotterdam), 4 april 2024
ECLI:NL:RBROT:2024:2436
Feiten
Werkneemster is in 2023 voor bepaalde tijd in dienst getreden bij Infinitascare B.V. (hierna: Infinitas). Op 28 juni 2023 heeft werkneemster zich ziekgemeld. Infinitas heeft werkneemster een waarschuwing gegeven omdat zij geen contact met haar kon krijgen en heeft haar daarna gesommeerd haar werkzaamheden te hervatten. Op 21 september 2023 heeft Infinitas werkneemster op staande voet ontslagen omdat zij weigerde te voldoen aan haar re-integratieverplichtingen en omdat zij als druppel die de emmer deed overlopen zonder overleg en toestemming vakantie zou hebben gevierd. Werkneemster vordert een gefixeerde schadevergoeding, de transitievergoeding, een billijke vergoeding en achterstallig salaris.
Oordeel
De kantonrechter oordeelt als volgt. Uit aangeleverde communicatie leidt de kantonrechter af dat het vertrouwen van Infinitas in werkneemster al was aangetast door haar opstelling bij de re-integratie, maar dat haar vakantie de directe aanleiding voor het ontslag was. Infinitas moet aantonen dat werkneemster tijdens haar ziekte zonder overleg en zonder toestemming op vakantie is gegaan. Werkneemster heeft aangevoerd dat de door Infinitas bekeken en als reden gegeven TikTok-video waaruit Infinitas heeft afgeleid dat werkneemster op vakantie was een compilatie van beelden van eerder dat jaar betrof. Door alleen te verwijzen naar de video heeft Infinitas niet aangetoond dat werkneemster tijdens haar ziekte in de zomer van 2023 vakantie heeft gevierd. De overige feiten en omstandigheden die Infinitas in haar ontslagbrief aanvoert, kunnen op zichzelf niet als dringende reden worden aangemerkt. De re-integratieperikelen waren niet de directe aanleiding voor het ontslag op staande voet. Bovendien was een ontslag op staande voet vanwege onvoldoende meewerken aan re-integratie niet aan de orde nu de gepaste sanctie een loonstop was. Een ontslag op staande voet is pas gerechtvaardigd als sprake is van bijkomende omstandigheden. De transitievergoeding, gefixeerde schadevergoeding en uitbetaling van achterstallig salaris worden toegewezen. Er wordt geen billijke vergoeding toegekend omdat Infinitas niet zodanig verwijtbaar heeft gehandeld dat dit een extra financiële tegemoetkoming rechtvaardigt. Het is begrijpelijk dat Infinitas foutief concludeerde dat de maat vol was en werkneemster is al gecompenseerd door de andere vergoedingen. Infinitas wordt veroordeeld in de proceskosten.