Naar boven ↑

Rechtspraak

X/Y
Rechtbank Oost-Brabant (Locatie 's-Hertogenbosch), 3 maart 2025
ECLI:NL:RBOBR:2025:1034
Geen sprake van een arbeidsovereenkomst. X liep weliswaar formeel geen ondernemersrisico, maar met de beoogde overname zou dat ondernemersrisico op korte termijn wel op hem overgaan.

Feiten

Partijen zijn in juni 2024 met elkaar in contact gekomen. X had het voornemen om A over te nemen. Dit kon op korte termijn niet worden gerealiseerd vanwege de vakantie van Y, maar X heeft wel op 25 juni 2024 een aanbetaling van € 1.500 voldaan. Vervolgens heeft X voor een korte tijd werkzaamheden bij A verricht. X meent dat hij in dienst is getreden van A op basis van een mondelinge arbeidsovereenkomst gelet op de voorgenomen overname van A door X per 1 oktober 2024. Na terugkomst van Y is er op 13 september 2024 tussen partijen discussie ontstaan over het exacte overnamebedrag. De kern van het geschil spitst zich toe op de vraag of tussen partijen mondeling een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd is gesloten. 

Oordeel

De kantonrechter oordeelt als volgt. Aan de hand van de gezichtspunten van het arrest van de Hoge Raad van 24 maart 2023 (ECLI:NL:HR:2023:443), komt de kantonrechter tot de conclusie dat er geen arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. X heeft voor een korte periode van ca. zes weken werkzaamheden bij A verricht. Dat partijen een langere duur zouden zijn overeengekomen, is niet komen vast te staan. Uit de aard van de werkzaamheden volgt dat X in elk geval in materieel opzicht A  is gaan uitbaten, als ware de zaak al door hem was overgenomen. Hij heeft daarbij alle werkzaamheden verricht die de kernactiviteiten van A raken. Op zichzelf genomen is juist dat deze werkzaamheden ook bij een rol als vestigingsmanager c.q. allroundmanager zouden kunnen horen, maar de werkzaamheden die X heeft verricht gaan verder dan dat. Hij heeft zich in het economisch verkeer als ondernemer gedragen. X had namelijk het volledige beheer over de zakelijke rekening van Y. Hij heeft eigenhandig loonbetalingen aan B en zichzelf van deze rekening voldaan en ook de verzekering van zijn privévoertuig, dat hij voor de bezorging is gaan gebruiken, heeft hij van deze rekening laten afschrijven. Daarnaast heeft hij C als werknemer aangenomen. Al deze activiteiten duiden er naar het oordeel van de kantonrechter op dat X als ondernemer werkzaamheden in A heeft verricht. Hij liep daarbij weliswaar formeel nog geen ondernemersrisico, maar met de beoogde overname van A zou dat ondernemersrisico op korte termijn wel op hem overgaan. Er is verder niet gebleken dat Y een werkinstructie of werkkader heeft gegeven waarbinnen X de werkzaamheden moest uitvoeren. Ook is niet komen vast te staan dat X en Y mondeling afspraken hebben gemaakt over het persoonlijk moeten verrichten van de werkzaamheden, de hoogte van de beloning en de wijze waarop deze zou worden betaald. Het ontbreken van afspraken over deze wezenlijke elementen van een arbeidsovereenkomst vormen ook belangrijke aanwijzigingen dat er geen arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. De slotsom is dat er niet aan de voorwaarden voor een arbeidsovereenkomst is voldaan.