Rechtspraak
Rechtbank Noord-Nederland (Locatie Leeuwarden), 18 januari 2018
ECLI:NL:RBNNE:2018:237
werkgever/werknemer
Feiten
Werkgever heeft een verzoek gedaan om, kort gezegd, de arbeidsovereenkomst tussen partijen te ontbinden. Werkneemster heeft een verweerschrift ingediend, tevens houdende een voorwaardelijk, namelijk voor het geval dat het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst zal worden toegewezen, tegenverzoek tot toekenning van een transitie- en een billijke vergoeding. Op 7 november 2017 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden. In verband met schikkingsonderhandelingen is de zaak vervolgens op verzoek van partijen aangehouden. Bij faxbericht van 15 november 2017 heeft werkgever het verzoekschrift tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst ingetrokken. Bij faxbericht van dezelfde datum, 15 november 2017, heeft werkneemster bezwaar gemaakt tegen (het tijdstip van) intrekking van het verzoekschrift door werkgever en in dat verband verzocht om werkgever in de proceskosten te veroordelen en voorts om te beschikken op het tegenverzoek van werkneemster en dit, voor zover nodig, als zelfstandig tegenverzoek te beschouwen. Daarnaast verzoekt werkneemster bij akte een verklaring van haar behandelend psycholoog in te mogen brengen. De kantonrechter heeft werkneemster voorts in de gelegenheid gesteld een verklaring van de behandelend psycholoog in het geding te brengen, hetgeen werkneemster bij akte van 29 november 2017 heeft gedaan.
Oordeel
Werkgever heeft haar ontbindingsverzoek ingetrokken, zodat dit verzoek geen behandeling meer behoeft. Werkneemster heeft een voorwaardelijk tegenverzoek ingediend, namelijk voor het geval het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst zal worden toegewezen. Nu de voorwaarde door intrekking van het verzoek niet in vervulling is gegaan, wordt aan het voorwaardelijke tegenverzoek van werkneemster niet meer toegekomen. De kantonrechter begrijpt uit de fax van werkneemster van 15 november 2017 en de akte van 29 november 2017 dat werkneemster haar voorwaardelijke tegenverzoek wenst om te zetten in een onvoorwaardelijk zelfstandig tegenverzoek. Deze wens wordt niet gehonoreerd. Een zodanig (nieuw) verzoek kan niet pas bij akte, na afronding van de mondelinge behandeling, worden gedaan omdat daarmee het meest essentiƫle onderdeel van een ontbindingsprocedure, de behandeling ter zitting, wordt overgeslagen. De kantonrechter zal het verzoek dan ook, als tardief gedaan, buiten beschouwing laten. Indien werkneemster ontbinding van de arbeidsovereenkomst wenst, dient zij daartoe een separate, nieuwe procedure aanhangig te maken.