Rechtspraak
Rechtbank Limburg (Locatie Maastricht), 27 maart 2013
ECLI:NL:RBLIM:2013:3779
Stichting sociaal fonds taxi/werkgever en bestuurder
Feiten
SFT is een onafhankelijke door de werkgevers- en werknemersorganisaties in het leven geroepen stichting. Zij heeft met name de taak toe te zien op correcte naleving van de cao Taxivervoer, algemeen verbindend verklaard bij besluit van 22 oktober 2007. SFT vordert Nomaas en de bestuurder van Nomaas hoofdelijk te veroordelen tot (1) naleving van de cao taxivervoer en de cao sociaal fonds taxi (hierna: cao sft) en meer precies tot overlegging van de stukken zoals genoemd in het e-mailbericht van SFT van 11 juli 2012; (2) tot betaling van een bedrag van € 201.600 als forfaitaire schadevergoeding op grond van artikel 9 van het reglement. Nomaas en de bestuurder van Nomaas nemen het standpunt in dat Nomaas in de periode van 13 januari 2010 tot en met 13 januari 2011 geen bedrijfsactiviteiten verricht heeft en geen werknemers in dienst gehad heeft. SFT voert hiertegen aan dat Nomaas in de betreffende periode acht taxivergunningen had en beschikte over acht taxivoertuigen. Voorts zijn in de betreffende periode drie chauffeurs van Nomaas ‘op straat aangetroffen’ door IVW in het kader van de controle op de naleving van de arbeidstijdenwetgeving en de rij- en rusttijden.
Oordeel
Het staat vast dat er in de controleperiode acht taxivergunningen op naam van Nomaas geregistreerd stonden. De acht taxivoertuigen zijn, zo stellen gedaagden, eigendom van de bestuurder van Nomaas en stonden in de controleperiode op zijn naam. Nomaas en de bestuurder van Nomaas stellen dat deze voertuigen in de controleperiode niet door Nomaas gebruikt zijn, maar wel door Norano B.V., een besloten vennootschap waarvan de bestuurder van Nomaas tevens enig aandeelhouder is. Voorts voeren zij aan dat de twee (volgens gedaagden maakt SFT in het exploot ten onrechte melding van drie) aangetroffen werknemers niet in dienst waren van Nomaas maar van Norano B.V. Bij repliek stelt SFT dat ‘de vergunninghouder en de feitelijke vervoerder niet los van elkaar gezien kunnen worden, omdat de waarborgen die aan een vergunningstelsel verbonden zijn anders een farce zouden worden’. De kantonrechter is alles overziend van oordeel dat vaststaat dat de betreffende twee chauffeurs in de controleperiode in dienst waren van Nomaas. Vast staat immers dat Nomaas beschikte over taxivergunningen en dat de chauffeurs zijn aangetroffen in voertuigen waarvan de kentekens op naam van de bestuurder van Nomaas stonden geregistreerd. Het verweer van de bestuurder van Nomaas dat de betreffende chauffeurs voor Norano B.V. werkzaamheden verrichtten, moet worden verworpen nu vaststaat dat die onderneming niet over taxivergunningen beschikte. Op grond van die cao’s zijn Nomaas en de bestuurder van Nomaas gehouden de informatie te verstrekken zoals door SFT opgevraagd bij brief van 13 januari 2011. Nu Nomaas als werkgever en de bestuurder van Nomaas in zijn hoedanigheid van bestuurder de gevraagde informatie niet overgelegd hebben, zullen zij hoofdelijk veroordeeld worden tot betaling van het bedrag van € 201.600.