Rechtspraak
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Arnhem), 2 januari 2018
ECLI:NL:GHARL:2018:38
werknemer/Nederlands Gereformeerde Kerk Hattem
Feiten
De NGK Hattem is een kerkgenootschap in de zin van artikel 2:2 BW. Het bestuur van de NGK Hattem wordt gevormd door de Kerkenraad. Werknemer is de predikant van NGK Hattem. Bij brief van 10 december 2007 heeft werknemer aan de Kerkenraad medegedeeld gescheiden van zijn vrouw te gaan leven en wonen. Op 10 september 2008 heeft de Regiovergadering op advies van de regiocommissie ingestemd met het verzoek van de NGK Hattem om goedkeuring te verlenen aan het voorgenomen ontslag. Werknemer heeft in eerste aanleg gevorderd voor recht te verklaren dat de NGK Hattem de arbeidsovereenkomst met werknemer kennelijk onredelijk heeft opgezegd. De rechtbank heeft bij vonnis van 17 oktober 2012 geoordeeld dat er geen sprake is van een arbeidsovereenkomst. Tegen dit vonnis komt werknemer in hoger beroep.
Oordeel
Arbeidsovereenkomst
Tussen partijen is niet in geschil dat werknemer sinds zijn beroeping (voorafgaand aan zijn arbeidsongeschiktheid) gedurende langere tijd een dagtaak had aan het vervullen van zijn ambt voor de NGK Hattem, zodat sprake was van arbeid gedurende zekere tijd. Dat hij traktement ontving, staat evenmin ter discussie. Door de NGK Hattem is ook niet, althans hoogstens indirect, bestreden dat hetgeen tussen partijen is overeengekomen een gezagsverhouding meebracht. Dat in de beroepingsbrief wordt verwezen naar de WAP-richtlijn, in artikel 1 lid 3 waarvan is vermeld dat de verbondenheid tussen ‘de predikant en de gemeente’ geen arbeidsovereenkomst is, is voor de aard van de overeenkomst niet doorslaggevend. Naar het oordeel van het hof is er sprake van een arbeidsovereenkomst. De NGK Hattem werpt werknemer in verband met de vraag of ter zake sprake is van een arbeidsovereenkomst in het bijzonder nog tegen artikel 2:2 BW, op grond waarvan kerken worden geregeerd door hun eigen statuut. Dit eigen statuut geldt volgens artikel 2:2 lid 2 BW ‘voor zover het niet in strijd is met de wet’. Het arbeidsrecht volgens het BW evenwel is, zoals werknemer ook aanvoert, in hoge mate dwingendrechtelijk van aard. Aldus zal het hof het ontslag van werknemer toetsen aan het arbeidsrecht volgens het BW voor zover dit, als dwingend recht, het kerkelijke statuut ter zijde stelt.
Kennelijk onredelijk ontslag
Gelet op de kritische opmerkingen van de regiocommissie over de Kerkenraad, de wijze waarop NGK Hattem invulling heeft gegeven aan haar re-integratieverplichting en de (ernstige) gevolgen die het ontslag voor werknemer heeft, mede in aanmerking nemende de leeftijd van werknemer en de voor hem beperkte mogelijkheden om ander passend werk te vinden, is het hof van oordeel dat de gevolgen van de opzegging voor werknemer te ernstig zijn in vergelijking met het belang van de NGK Hattem bij die opzegging. Dit betekent dat het aan werknemer gegeven ontslag kennelijk onredelijk is. Het hof kent € 61.750 bruto als schadevergoeding toe aan werknemer.