Start People B.V./werknemer

Feiten

Werknemer was in 2015 als uitzendkracht werkzaam voor Start People en hij is in dat kader door Start People uitgeleend aan bedrijfsnaam 1 B.V. Werknemer was bij bedrijfsnaam 1 werkzaam als vrachtwagenchauffeur. Op 28 april 2015 is werknemer met zijn vrachtwagen door de Franse politie aangehouden in verband met een kapotte koplamp. De politie heeft nader onderzoek gedaan en uiteindelijk heeft de Franse politie een boete opgelegd van € 2.520 in verband met overtredingen van de rij- en rusttijden. Nadat de boete van € 2.520 op 29 april 2015 aan de Franse politie is voldaan, heeft werknemer zijn weg kunnen vervolgen. Op 29 april 2015 heeft bedrijfsnaam 2 BVBA aan bedrijfsnaam 1 een factuur gestuurd van € 2.680. Start People heeft een bedrag van € 2.680 verrekend met het salaris van mei 2015 van werknemer, waardoor een negatief saldo ontstond van € 1.422,60. Op 4 september 2015 heeft Start People aan werknemer een factuur (factuurnummer 926001741) gestuurd van € 1.422,60. Op deze factuur staat bij de omschrijving 'Verkeersboete' vermeld. Start People heeft de verrekening gecorrigeerd door alsnog rekening te houden met de geldende beslagvrije voet en heeft in dat verband op 8 december 2015 een bedrag van € 309,55 aan werknemer uitbetaald. Start People vordert onder meer en samengevat veroordeling van werknemer tot betaling van een bedrag van € 2.003,27. Werknemer voert verweer. Werknemer vordert in reconventie kort samengevat onder meer om Start People te verplichten de verrekening van de boete met het salaris ongedaan te maken.

Oordeel

Werknemer heeft primair betoogd dat Start People, door vijf maanden te wachten voordat zij aan werknemer te kennen gaf dat zij de boete op hem wenste te verhalen, het vertrouwen heeft gewekt dat zij werknemer niets verweet en geen verhaal op hem zou zoeken. Het enkele gegeven dat Start People vijf maanden heeft gewacht voordat zij aan werknemer te kennen gaf dat zij de boete op hem wenste te verhalen, levert geen grond op voor het aannemen van rechtsverwerking. Een enkel stilzitten is immers zonder nadere toelichting – die door werknemer niet is gegeven – geen grond voor het aannemen van rechtsverwerking. Van bijzondere omstandigheden zoals hiervoor omschreven, is naar het oordeel van de kantonrechter evenmin sprake geweest. Door werknemer is verder betoogd dat niet duidelijk is of de boete is betaald en zo ja, door wie. Naar de kantonrechter begrijpt, betoogt werknemer hiermee dat niet is komen vast te staan dat Start People rechthebbende is op een eventuele vordering jegens werknemer. Vooropgesteld wordt dat vaststaat dat de Franse politie op 28 april 2015 een boete heeft opgelegd van € 2.520 betreffende een voertuig met het kenteken X, waarbij werknemer bestuurder van het voertuig was. Start People heeft gesteld dat de boete ter plaatse contant is betaald namens bedrijfsnaam 1 via het bedrijf bedrijfsnaam 2 BVBA. Werknemer heeft betoogd dat alleen maar blijkt dat hij € 2.520 heeft betaald, maar dat hij daartoe in staat is gesteld blijkt volgens werknemer nergens uit. Daarin kan werknemer niet worden gevolgd. Uit de door Start People als productie overgelegde communicatie van rit 3 blijkt dat werknemer zelf op 28 april 2015 bericht dat het geld is ontvangen en dat dit is bezorgd door een Fransman in een Jaguar. Gelet op het voorgaande is naar het oordeel van de kantonrechter dan ook komen vast te staan dat het bedrijf bedrijfsnaam 2 op 28 april 2015 de boete van € 2.520 ter plaatse heeft voldaan aan werknemer die het bedrag vervolgens aan de Franse politie heeft gegeven. Gelet op het voorgaande is voorshands niet komen vast te staan dat Start People de kosten, waarvan zij in deze procedure betaling vordert van werknemer, daadwerkelijk heeft gemaakt. Nu Start People een uitdrukkelijk bewijsaanbod heeft gedaan, zal aan haar het leveren van bewijs van haar stellingen worden opgedragen. Op de rolzitting kan Start People bewijsmiddelen opgeven waarvan gebruik zal worden gemaakt. Iedere verdere beslissing wordt aangehouden.