Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Koeriersdienst De Jong B.V.
Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden (Locatie Leeuwarden), 17 april 2018
ECLI:NL:GHARL:2018:3577

werknemer/Koeriersdienst De Jong B.V.

Geen vierde arbeidsovereenkomst tot stand gekomen. Aanspraak op cao-vergoeding. Verzwaarde stelplicht werkgever die zich niet aan het door de cao voorgeschreven controlesysteem houdt.

Oordeel

Uit de gang van zaken in de periode van 11 april tot en met 16 april 2014 moet het werknemer duidelijk zijn geweest dat zijn werkgever alleen tot verlenging van de arbeidsovereenkomst wilde overgaan wanneer de arbeidsomvang 36 uur per week zou zijn en dat werknemer daarom een nieuwe overeenkomst moest tekenen. Door op de maandag en dinsdag erna in antwoord op de vraag naar het ondertekende contract niet te zeggen dat hij daarmee niet akkoord ging, maar slechts mee te delen dat hij dat contract vergeten was mee te nemen, heeft werknemer het doen voorkomen dat hij instemde met de voorwaarden van zijn werkgever, dus met een overeenkomst voor 36 uur. Door vervolgens op woensdag 16 april 2014 te weigeren daarvoor te tekenen en uitdrukkelijk te blijven bij zijn eis dat hij een arbeidsovereenkomst voor 40 uur wenste, moet worden vastgesteld dat de wil van werknemer niet op de aangeboden overeenkomst voor 36 uur was gericht en dat er dus na 12 april 2014 geen nieuwe arbeidsovereenkomst tot stand is gekomen. Duidelijk was immers dat Koeriersdienst De Jong geen overeenkomst voor 40 uur per week wilde. Van een stilzwijgende verlenging is geen sprake geweest, zoals werknemer ook erkent. Grief III stelt de afwijzing aan de orde van de aanspraak op uitbetaling van overuren en de verblijfsvergoeding. In dit verband is van belang dat de Cao in artikel 26 voorschrijft dat de werkgever zijn werknemer een urenverantwoordingsstaat geeft. Koeriersdienst De Jong heeft werknemer nimmer zo'n urenverantwoordingsstaat verschaft. Werknemer heeft in eerste aanleg een zelf gemaakt dagoverzicht overgelegd van de uren waarop hij volgens hem in 2012 heeft gewerkt. Volgens dit overzicht heeft hij in een groot aantal weken in 2012 meer dan 40 uur gewerkt en in die weken overuren gemaakt die tegen 130% verloond moeten worden. Koeriersdienst De Jong bestrijdt die vordering en heeft aangevoerd dat zij niet meer kan controleren of productie 17 kopieën bevat van de echte tachograafschijven van de door werknemer bestuurde vrachtauto, terwijl voor het lezen van die schijven bovendien een zekere deskundigheid nodig is. Het hof acht dit verweer onvoldoende. Koeriersdienst De Jong heeft er indertijd niet op toegezien dat zij gegevens kreeg die zij wel kon controleren en waaraan, bij uitblijven van een tijdige reactie van werknemer, bewijs ontleend kon worden. Werknemer kan, zonder die door zijn werkgever opgevraagde en gecontroleerde gegevens, niet meer doen dan hij heeft gedaan ter onderbouwing van zijn aanspraak. Het hof is van oordeel dat op Koeriersdienst De Jong, gelet op het voorgeschreven maar door haar niet toegepaste controlesysteem in de Cao, een verzwaarde stelplicht rust: zij diende voldoende feitelijke gegevens te verstrekken ter motivering van haar betwisting van de door werknemer opgegeven overuren uit 2012. Aan die verplichting heeft zij niet voldaan.