Naar boven ↑

Rechtspraak

Triumph Motorcycles B.V./werknemer
Rechtbank Noord-Holland (Locatie Alkmaar), 20 juni 2018
ECLI:NL:RBNHO:2018:5537

Triumph Motorcycles B.V./werknemer

Ontbinding e-grond: werknemer heeft in strijd met interne regels hogere korting bedongen en privéaankopen gedaan. Werkgeefster krijgt bewijsopdracht om ernstige verwijtbaarheid aan te tonen.

Feiten

Werknemer is op 1 augustus 2004 in dienst getreden bij Triumph Motorcycles B.V. (hierna: Triumph) in de functie van ‘After Sales en PR-manager’. In het najaar van 2017 is door Triumph bekendgemaakt dat personeelsleden eenmalig een door Triumph gefabriceerde mountainbike kunnen kopen met een personeelskorting van 25%. Bij e-mail van 8 december 2017 is ook werknemer hiervan op de hoogte gesteld. Vervolgens heeft werknemer in december 2017 een mountainbike voor zijn partner besteld, waarbij een dealerkorting van 35% is bedongen. Verder is gebleken dat werknemer in maart 2018 meerdere onderdelen – te weten: remblokken, koplampgrills, een bezel en USB-chargers – heeft besteld en meegenomen zonder daarbij te vermelden dat deze voor eigen gebruik bestemd waren. Triumph verzoekt thans ontbinding van de arbeidsovereenkomst; primair wegens verwijtbaar handelen (e-grond) en subsidiair wegens een verstoorde arbeidsverhouding (g-grond). Triumph verwijt werknemer dat hij met betrekking tot de vorenstaande gang van zaken geen open kaart heeft gespeeld en om de waarheid heen heeft gedraaid. Ook zijn de gedragingen van werknemer volgens Triumph aan te merken als ernstig verwijtbaar handelen, zodat volgens haar geen aanspraak op een transitievergoeding bestaat.

Oordeel

Verwijtbaar handelen (e-grond)

De kantonrechter is van oordeel dat er voldoende feiten en omstandigheden zijn die de conclusie rechtvaardigen dat sprake is van verwijtbaar handelen aan de zijde van werknemer. Hierbij is het volgende van belang. In de eerste plaats wordt overwogen dat werknemer in strijd met een duidelijke en vooraf aan hem bekendgemaakte regel – dat slechts een personeelskorting van 25% mocht worden bedongen – van Triumph heeft gehandeld door een mountainbike met 35% dealerkorting te bestellen. Hier komt bij dat werknemer een directe vraag van zijn collega over de aanschaf van de mountainbike niet naar waarheid heeft beantwoord en de dealerkorting heeft verzwegen. In de tweede plaats wordt geoordeeld dat werknemer remblokken voor zichzelf heeft besteld en ten onrechte aan Triumph te kennen heeft gegeven dat deze remblokken voor demo-motorfietsen waren bedoeld. In de derde plaats wordt geoordeeld dat werknemer een koplampgrill en een bezel op zijn eigen motorfiets heeft gemonteerd, zonder daarvan melding te maken. Ook heeft hij een koplampgrill voor zijn broer besteld zonder dat deze laatste daarvoor heeft betaald. Deze handelwijze kan volgens de kantonrechter eveneens als onzorgvuldig en verwijtbaar worden aangemerkt. Verder wordt geoordeeld dat werknemer verwijtbaar heeft gehandeld door USB-chargers te bestellen zonder aan te geven dat hij deze voor zijn eigen motorfiets en die van zijn partner zou gaan gebruiken. Toen Triumph hierover om een verklaring vroeg, heeft werknemer gezegd dat de USB-chargers op de werkplaats liggen, terwijl op zitting is komen vast te staan dat hij deze in zijn fietstas heeft meegenomen. Tot slot merkt de kantonrechter op dat aan de functie van werknemer hoge eisen mogen worden gesteld. Deze eisen hebben onder meer betrekking op de wijze waarop met bestellingen en privéaankopen wordt omgegaan, alsmede op de verantwoording die werknemer daarover moet afleggen. De conclusie is dan ook dat de arbeidsovereenkomst met ingang van 1 augustus 2018 wordt ontbonden.

Transitievergoeding

Triumph stelt voorts dat zij geen transitievergoeding hoeft te betalen, omdat werknemer ernstig verwijtbaar heeft gehandeld. Dit laatste blijkt volgens Triumph uit een door een collega van werknemer overgelegde verklaring, waaruit volgt dat werknemer bewust en weloverwogen zou hebben geprobeerd zichzelf verschillende onderdelen toe te eigenen en dat hij een en ander ook tegenover die collega zou hebben erkend. De kantonrechter is echter van oordeel dat werknemer de juistheid van deze verklaring nadrukkelijk heeft betwist. Triumph heeft in dit verband een concreet bewijsaanbod gedaan om de eerdergenoemde collega als getuige te horen. De kantonrechter stelt Triumph hiertoe in de gelegenheid. De beslissing ter zake van de verschuldigdheid van de transitievergoeding wordt dan ook aangehouden.