werkneemster/Almohandes Engines & Heavy Equipment B.V.Arbeidsrecht

Feiten

Werkneemster is op grond van een schriftelijke arbeidsovereenkomst met ingang van 16 januari 2017 in dienst van Almohandes getreden voor de duur van twee jaar. Sinds 1 juni 2017 ontvangt werkneemster geen loon meer van Almohandes. Zij wordt vanaf dat moment niet meer toegelaten tot haar werkzaamheden. De deuren van het pand waar de onderneming haar activiteiten verricht zijn gesloten en er vinden aldaar geen werkzaamheden meer plaats. Bij vonnis in kort geding van 8 augustus 2018 is Almohandes (onder meer) veroordeeld tot betaling van het achterstallige loon (inclusief vakantiebijslag en emolumenten) vanaf 1 juni 2017. Vanaf enig moment na 1 juni 2017 ontvangt werkneemster een bijstandsuitkering van de gemeente Maastricht. Werkneemster verzoekt de arbeidsovereenkomst met Almohandes te ontbinden vanaf 1 juni 2017, Almohandes te veroordelen tot betaling van € 1.167,00 bruto transitievergoeding, Almohandes te veroordelen tot betaling van € 50.000 bruto billijke vergoeding en Almohandes te veroordelen om binnen veertien dagen na dagtekening van de beschikking een deugdelijke eindafrekening te verstrekken en hetgeen hieruit voortvloeit binnen diezelfde termijn te betalen.

Oordeel

Vast staat dat werkneemster sinds 1 juni 2017 geen loon meer ontvangt van Almohandes en dat werkneemster vanaf dat moment evenmin in staat wordt gesteld haar werkzaamheden te verrichten. Deze omstandigheden zijn van dien aard dat de arbeidsovereenkomst met Almohandes dadelijk behoort te eindigen (zie art. 7:671c lid 1 BW). De arbeidsovereenkomst zal daarom worden ontbonden. Werkneemster verzoekt de datum van ontbinding te bepalen op 1 juni 2017, maar ontbinding van de arbeidsovereenkomst met terugwerkende kracht is niet mogelijk. De arbeidsovereenkomst zal daarom met ingang van heden worden ontbonden. De transitievergoeding is de werkgever (in beginsel) aan de werknemer verschuldigd als de arbeidsovereenkomst ten minste twee jaar geduurd heeft. De arbeidsovereenkomst tussen partijen heeft niet ten minste twee jaar geduurd. Dat, zoals werkneemster  stelt, het aan Almohandes is te wijten dat de arbeidsovereenkomst voortijdig is beëindigd, is in dit verband niet relevant. Het verzoek om Almohandes te veroordelen tot betaling van de transitievergoeding zal daarom worden afgewezen. Almohandes is zonder kenbare reden opgehouden met het betalen van loon aan werkneemster. Voorts heeft Almohandes kennelijk haar bedrijfsactiviteiten op het bij werkneemster bekende adres gestaakt zonder dit aan werkneemster mede te delen waardoor zij het werkneemster onmogelijk heeft gemaakt haar werkzaamheden te verrichten. Gelet op deze feiten is de ontbinding van de arbeidsovereenkomst het gevolg van ernstig verwijtbaar handelen van Almohandes, zodat aan werkneemster een billijke vergoeding toegekend kan worden. Werkneemster heeft uitgebreid gemotiveerd waarom aan haar een billijke vergoeding van € 50.000 bruto dient te worden toegekend. Nu Almohandes daar geen verweer tegen gevoerd heeft, zal de kantonrechter dit bedrag toewijzen. Almohandes zal voorts worden veroordeeld om aan werkneemster binnen veertien dagen na heden een deugdelijke eindafrekening te verstrekken en om aan werkneemster het op grond van die eindafrekening verschuldigde bedrag te betalen.