Naar boven ↑

Rechtspraak

werknemer/Urenco Nederland B.V.
Rechtbank Overijssel (Locatie Almelo), 13 februari 2019
ECLI:NL:RBOVE:2019:784

werknemer/Urenco Nederland B.V.

Niet gebleken is dat Urenco de afgifte van bepaalde e-mails ten onrechte heeft geweigerd. Urenco heeft in voldoende mate aan haar verplichtingen voldaan. Afwijzing van het door werknemer meer of anders gevorderde dan reeds is toegewezen bij het vonnis van 10 december.

Feiten

In de onderhavige zaak is op 10 december 2018 een vonnis gewezen. In voormeld vonnis is bepaald dat Urenco werknemer de gelegenheid moet geven alle e-mails die van en naar zijn account bij Urenco zijn verzonden, met bijlagen, te bekijken en daartoe zijn laptop dient te ontgrendelen, waarna werknemer de e-mails kan selecteren waarvan hij afgifte wil, met dien verstande dat het slechts mag gaan om e-mails waarin werknemer heeft aangegeven dat de werkdruk voor hem te belastend was en dat hij daardoor gezondheidsklachten ervoer, hij opgave deed van de hoeveelheid overwerk en de bezwaren die daaraan voor hem kleefden, hij aangaf dat hij veel moeite had met de onduidelijke taakstelling, hij werd aangesproken op zijn relatie op de werkvloer en hij misstanden meldde bij zijn leidinggevenden waaraan vervolgens geen follow-up is gegeven. Tussen partijen staat vast dat werknemer op 3 en 4 januari 2019 bij Urenco is geweest en daar e-mails heeft ingezien, geselecteerd en geprint, en dat Urenco rond 10 januari 2019 aan werknemer een gedeelte van de geselecteerde e-mails heeft verstrekt alsmede een lijst van geweigerde e-mails. Werknemer meent dat Urenco niet op juiste wijze heeft voldaan aan het vonnis. Hij is onvoldoende in de gelegenheid geweest om alle 121.000 e-mails in te zien en te selecteren.

Oordeel

In het vonnis van 10 december 2018 heeft de kantonrechter in feite een deel van het door werknemer gevorderde op de door hem gestelde grondslag toegewezen, maar de beslissing ten aanzien van het overigens (meer of anders) gevorderde aangehouden in afwachting van de uitkomst van de uitvoering van het vonnis. De kantonrechter is van oordeel dat Urenco in voldoende mate heeft voldaan aan haar verplichtingen uit hoofde van het vonnis van 10 december 2018 en overweegt daartoe als volgt. Werknemer heeft voldoende tijd en gelegenheid gekregen van Urenco om e-mails in te zien en te selecteren. Hij mocht ook ná 4 januari 2019 nog e-mails inzien en selecteren als hij wilde en kon dus wachten totdat alle e-mails waren overgezet van de laptop op de computer. Werknemer heeft zelf de e-mails kunnen inzien, selecteren en printen. Het feit dat van de zijde van Urenco soms commentaar is gegeven op de inhoud van de geselecteerde e-mails is onvoldoende voor de conclusie dat werknemer niet vrij zijn werk kon doen. Het innemen van schoenen, riem en zogeheten noisers is bij Urenco uit beveiligingsoogpunt gebruikelijk en maakt, hoe vervelend wellicht ook, niet dat gesproken kan worden van intimiderende bejegening. Dat geldt temeer daar werknemer van tevoren had verklaard geluidsopnames te willen maken en niet van tevoren had gemeld dat hij noisers mee zou nemen, hetgeen de door Urenco als 'strak' omschreven houding tot op zekere hoogte begrijpelijk maakt. Urenco was ingevolge het vonnis van 10 december 2018 niet gehouden om het maken van geluidsopnames toe te staan. Gebleken is dat werknemer 213 e-mails (circa 800 pagina’s) heeft geprint en Urenco 57 e-mails heeft verstrekt. Urenco heeft een lijst van geweigerde mails verstrekt met vermelding van het onderwerp van de e-mail en de reden van weigering. In alle gevallen is de weigeringsgrond (mede) dat de e-mail geen betrekking heeft op de in 5.2. van het dictum van het vonnis van 10 december 2018 en de hiervoor genoemde onderwerpen. Het had op de weg gelegen van werknemer om, mede aan de hand van het onderwerp van de e-mail, toch enigszins inzichtelijk te maken dat de e-mail een van de genoemde onderwerpen betreft en weigering tot afgifte daarvan door Urenco niet had mogen plaatsvinden, hetgeen hij heeft nagelaten. De kantonrechter is dan ook van oordeel dat niet gebleken is dat Urenco afgifte van bepaalde e-mails ten onrechte heeft geweigerd. De kantonrechter oordeelt dat er geen aanleiding bestaat om het door werknemer meer of anders gevorderde dan reeds is toegewezen bij het vonnis van 10 december 2018, toe te wijzen.